Pagina's

maandag 27 juli 2015

Review: Tir Na Nóg - Ricochet (Fruits De Mer Records, 2015) (Folk) + Tir Na Nóg - The Dark Dance (Tir Na Nog Records, 2015) (Folk)

De band Tír Na Nóg (land van eeuwige jeugd) ontstond in 1969 te Dublin, Ierland, toen het duo Sonny Condell - gitaar en Leo O'Kelly - gitaar ging samen spelen.
Na enige tijd samen gespeeld te hebben ging het duo de studio in om diverse eigen songs plus enkele covers van onder andere Donovan, Bob Dylan, Leonard Cohen en Simon And Garfunkel, als hun demo op te nemen.
Ook speelden ze deze nummers live, maar het zou tot 1999 duren voordat deze te horen waren via de CD "In The Morning".
In mei 1970 kwamen Sonny en Leo in Londen terecht, waar ze bij een vriendin onderdak vonden en een opname technicus vonden, die hen gratis gebruik liet maken van de West End jingle studio om een nieuwe demo op te nemen.
Ze gingen met hun nieuwe demo naar Island Records, maar die weigerde de band een contract, waarna ze bij het Chrysalis label meer succes hadden.
Chrysalis bood ze, na het zien van het duo (imago speelde ook een grote rol) en beluisteren van hun muziek, onmiddellijk een contract aan.
Tír Na Nóg begon in folk clubs in Londen op te treden, waar ze al snel een gedegen reputatie op bouwden, terwijl Chrysalis grotere concerten  rond Groot Brittannië en in het buitenland voor ze organiseerde.
In oktober dat jaar speelden ze in the Royal Albert Hall met Jethro Tull, als deel van een Britse en Europese tournee en ook verscheen dat jaar hun debuut single "I'm Happy To Be (On This Mountain)" / "Let My Love Grow" via het Chryslais label, die in de onderste regionen van de hitparade terecht kwam.
Het duo speelde in de jaren er na onder andere met Richard and Linda Thompson, Supertramp, Jasper Carrott, Procul Harum, The Who, The Velvet Underground, Hawkwind, Elton John, Roxy Music, T.Rex en Cat Stevens, om er maar enkelen te noemen.
Vervolgens verscheen het nummer "Our Love Will Not Decay" op de 2LP "El Pea", die via Island Records verscheen met daarop verder nog Jethro Tull, Nick Drake, Traffic, Emerson, Lake & Palmer, The Incredible String Band, Cat Stevens, Fairport Connvention en anderen. 
Enkele maanden later bracht Chrysalis het eerste album van Tír Na Nóg met gelijknamige titel uit, die in de Livingstone Studios te Barnet was opgenomen en geproduceerd was door de legendarische folk producer Bill Leader.
Melody Maker was zo verrukt door de muziek van de band, dat ze het tot album van de maand bombardeerden, waarna diverse radio stations hen uitnodigden.
Daaronder waren optredens bij John Peel en Alan Freeman, maar ook bij Bob Harris en Kid Jensen.
Sonny en Leo gingen opnieuw de studio's in om nieuw materiaal op te nemen en deze keer deden ze dat in de Morgan Studios te Willesden, waar ze Paul McCartney tegen het lijf liepen, die in dezelfde studio's bezig was met de opnamen van een Wings LP en ook Cat Stevens, waar ze recentelijk mee hadden getoerd, was daar bezig zijn album "Catch Bull at Four" op te nemen.
Het duo nam hun LP "A Tear and a Smile" op, die in 1972 uitgebracht werd, met behulp van Larry Steele en Barry De Souza, die de aanvullende instrumenten bespeelden en in 1972 verschenen ook de singles "Bluebottle Stew" / "Come and See the Show" en "The Lady I Love" / "Heidi".
Hun derde album "Strong in the Sun", die door Procul Harum organist Matthew Fisher was geproduceerd, verscheen in 1973, evenals hun volgende single "Strong in the Sun" / "The Mountain and I".
Het was de bedoeling dat Paul McCartney hun nieuwe single "Spotlight", waarop Mike Giles drums speelde, zou gaan producen, maar deze werd nooit uitgebracht.
Nadat hun label Chrysalis de band in 1974 onverschillig behandelde, keerden Sonny en Leo terug naar Ierland, waar ieder zijn eigen weg ging en de band dus ophield te bestaan.
In 1985 werd de band opnieuw opgericht en kwam de single "Love Is Like a Violin" / "Daisy Lady" via hun eigen Tír Na Nóg label uit.
Daarna verschenen de live albums "Hibernian" (2000) een live optreden te Birmingham uit 1995, "Spotlight" (2001) met nummers van de originele John Peel radio sessies uit 1972/1973 en "Live at Sirius" (2010) opgenomen in de Sirius Arts Centre in Cobh te Cork, maar ook verscheen de dubbel LP "A Tear and a Smile" / "Strong in the Sun" in 2004 op de markt.
Het Fruits De Mer label bracht op 31 mei 2014 de 7" EP "I Have Known Love" in een gelimiteerde oplage op gekleurd vinyl op de markt en deze wordt 7 september 2015 gevolgd door de 7" single "Ricochet" / "Tir na nOg (Live)", die in een beperkte oplage gekleurd vinyl verschijnt en een uitvouwbare poster bevat, waarbij nog opgemerkt kan worden, dat er geen CD's en/of downloads van de single gemaakt zullen worden, op enkel promo's na.
Later dit jaar zal ook de LP "The Dark Dance", die op 24 mei 2015 in The Half Moon, te Putney, Engeland, tijdens het "Games For May" festival van Mega Dodo Records en Fruits De Mer records door de band gelanceerd werd, door het Fruits De Mer Records label op vinyl worden uitgebracht.

Één van de songs, die op het album staat, is de A-kant van de single, getiteld "Ricochet", waarin Tir Na Nóg me een fantastische licht hypnotiserende psychedelische folkrock song laat horen, waarna ik op de B-kant de live versie van het nummer "Tir na nOg" hoor en hierin speelt het duo een heerlijke eentonige rustige folk song, die naar het einde toe langzaam iets wordt versneld .

De single "Ricochet" bevat 2 schitterende songs, die de moeite van het beluisteren meer dan waard zijn en zeker gretig aftrek zullen vinden bij liefhebbers van de betere folk, een aanrader dus!




De CD bevat 10 nummers, waarvan de eerste 4 op de EP "I Have Known Love" verschenen en ook de A-kant van de nieuwe single staat op het album, dat begint met "You In Yellow" en hierin laat het duo me een schitterende rustige folk song horen, geschreven door Sonny, waarin het subtiele vioolspel een hoofdrol heeft . (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Daarna krijg ik "I Have Known Love", een cover van een nummer van Silver Apples te horen, een lekker in het gehoor klinkende folk song, waarin een sterke melodielijn zit en dat een uitstekende samenzang bevat en deze wordt gevolgd door "The Angelus" (Sonny), waarin de band een fantastisch klinkende folk song speelt met een licht hypnotiserend ritme en meerstemmige zang en ook in deze song speelt de viool een belangrijke rol.
Daarna krijg ik "I Pick Up Birds" te horen, een door Leo geschreven song, die over een ware gebeurtenis gaat en ook dit is een lekker in het gehoor klinkende song, waarin een aanstekelijk ritme zit, waarna "Ricochet" (Leo) volgt en in dit nummer schotelt Tir Na Nóg me een fantastische licht hypnotiserende psychedelische folkrock song voor.
Dan hoor ik een door Sonny in zijn jeugd geschreven song, die niet op de EP paste, getiteld "Andria" en hierin hoor ik sterke zang gecombineerd met prima gitaarspel, waarin een licht Zuid Amerikaans ritme zit.
Vervolgens krijg ik weer een nummer van Leo te horen, dat "Sympathetic Love" heet en dit is een mooie rustige song, waarop Garvan Gallagher de basgitaar speelt.
In "The Gangway" (Sonny), laat het duo me een prachtige rustige folk song horen, die door het vioolspel een trieste ondertoon krijgt en in "Time Is Gone" (Leo) speelt het duo, met medewerking van Garvan Gallagher op basgitaar, een lekker in het gehoor klinkende folk song in een rustig tempo.
Het laatste nummer van het album is het door Elly Lucas geschreven titel nummer "The Dark Dance" en daarin hoor ik een schitterend stukje instrumentale folk, waarin de viool een belangrijke rol speelt.

"The Dark Dance", dat het eerste album van Tir Na Nóg sinds 42 jaar is, bevat 10 uitstekende nummers, die zeker door de echte folk liefhebbers niet onopgemerkt zullen blijven en ik kan hen dan ook aanraden, deze schijf eens te gaan beluisteren.





Review: ZX+ - Don't Drink The Water (Play & Record Records, 2015) (Pop)

Sologitarist Stephen Evans speelde eerder in bands als: Twisted Wheel, The Planets en I Win I Drive en startte in 2010 onder de naam ZX+ zijn band.
Zijn debuut album, waarop demo's en afgekeurde songs van andere zijn projecten staan, bracht hij in dat zelfde jaar uit en in 2013 bracht hij zijn vinyl album "Sickly" via het Fruits De Mer Records label uit
Samen met Mark Coupe - drums en Mary Joanna Coogan - achtergrond zang, brengt hij op 20 augustus 2015 zijn derde album "Don't Drink The Water" zowel op CD en als digitale download uit via het Play & Record Records label.

De CD bevat 13 nummers, waarvan "The Crazies" de eerste is, waarin ik hem een lekker in het gehoor klinkende pop song ten gehore hoor brengen, die een hoog meezing gehalte bevat (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie) en gevolgd wordt door "Kurtz", een uitstekende pop song, die in een hoger tempo gespeeld wordt en erg melodisch klinkt.
Daarna volgt "Something Real" en hierin krijg ik een vrij rustige pop song voorgeschoteld, waarna "Mud And Rubble" volgt en in dit nummer laat hij me een heerlijke snelle rock song horen.
Dan hoor ik "-" dat geheel instrumentaal gespeeld wordt en een wisselend tempo bevat en gevolgd wordt door "Pet Semetary", een schitterende swingende pop rock song, die enkele prima tempowisselingen bevat, waarna ik "The Desert" te horen krijg en hierin schotelt ZX+ me een prachtige korte licht dreigende pop song voor, die in een niet al te hoog tempo gespeeld wordt.
In "Just Like That" laat hij me genieten van een rustige pop song en in "Up And Down The Stairs" gaat het tempo iets omhoog en hoor ik hem een uitstekende melodische pop song met wisselende tempo's spelen, waarna "The Raven" volgt, een swingende pop song, die ook nu weer enkele tempowisselingen bevat, die het nummer spannend houden.
Vervolgens gaat de CD verder met "For Him Or Her" speelt ZX+ een lekker in het gehoor klinkend instrumentaal nummer, dat me enigszins bekend voorkomt, al weet ik niet meer waarvan en in "Photographs" krijg ik een erg rustige pop song te horen, waarmee hij me bijna in slaap wiegt, waarna het laatste nummer van de CD volgt, getiteld "Don't Drink The Water" en dit fantastische anderhalve minuut durende stukje instrumentale rock swingt als een trein.

De CD "Don't Drink The Water", van ZX+, staat vol afwisselende nummers, die prima in het gehoor liggen, waardoor ik elke pop liefhebber kan aanraden, deze schijf eens te gaan beluisteren.




Review: Conqueror - Un' Altra Verità (Ma.Ra.Cah Records, 2015) (Symfonische Rock)

Conqueror uit Sicilië, Italië, bestond van 1994 tot 1999 in diverse bezettingen en na een periode van 3 jaar rust, besloot oprichter Natale Russo om Simona Riga bij de band te halen, waarna de band vanaf die tijd een vaste bezetting kent, die sinds 2003, met de regelmaat van de klok, hun muziek uitbrengt.
"Un' Altra Verità" is het zesde album van de Italiaanse symfonische rock band Conqueror en de opvolger van het in 2014 verschenen album "Stems".
De band bracht verder nog de EP "sprazzi Di Luce" (2009) en de CD's "Madame Zelle" (2010), "74 Giorni" (2007), "Storie Fuori Dal Tempo" (2005) en "Istinto" (2003) uit en verscheen op diverse tribuut CD's met een nummer.
Tegenwoordig bestaat de band nog uit 4 personen, want Sabrina Rigano – fluit / saxofoon, Mario Pollino – sologitaar en Gianluca Villa – basgitaar zitten niet meer in de band en zijn vervangen door Ture Pagano en Peppe Papa, zodat de band momenteel bestaat uit: Simona Rigano – zang / synthesizer, Natale Russo – drums / percussie, Ture Pagano - sologitaar en Peppe Papa - basgitaar.

De CD/DVD "Un' Altra Verità", die via het Ma.Ra.Cash Records label is uitgebracht, bevat live opnames van het concert, dat op 16 mei 2014 te Naxos gespeeld werd, waarop van alle albums, helaas op "Madame Zelle" na, nummers te beluisteren zijn en waarvan de eerste 5 nummers van hun laatst verschenen album "Stems" komen en start met "Gina", waarin ik een heerlijke progressieve symfonische rock song te horen krijg, die diverse uitstekende tempowisselingen bevat, waardoor de band het bijna 11 minuten durende nummer spannend weet te houden.
Daarna krijg ik "Di Notte" voorgeschoteld en hierin laat de band me genieten van een schitterende symfonische rock song, waarin ook nu weer enkele prima  tempowisselingen zitten en de band overschakelt van rustig naar sneller om vervolgens terug te komen in het ritme waarmee de song begon. (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Dan volgt "False Idee", dat tot halverwege het nummer instrumentaal gespeeld wordt, waarna de zang van Simona er bij komt en het nummer verandert in een prachtige mix van pop en symfonische rock.
In "Un' Altra Realtà" krijg ik opnieuw een heerlijke mix van pop en rock te horen met daarin diverse tempowisselingen, die swingt als een trein en in  "Sigurtà" laat de band me weer genieten van een uitstekende swingend symfonische song, waar verscheidene tempowisselingen in zitten.
Vervolgens krijg ik een nummer te horen van het album "Istinto", getiteld "Pensieri Fragili", waarin ik een fantastisch rustig nummer te horen krijg, dat ook nu weer enkele uitstekende tempowisselingen bevat, waarna "No Photo" van het album "Storie Fuori Dal Tempo" volgt, dat in een lekker swingend ritme gespeeld wordt en licht Oosterse invloeden bevat, maar na een tempowisseling halverwege het nummer in een rustiger tempo over gaat en ik een heerlijk progressief rock nummer te horen krijg.
Het volgende nummer heet "La Strada Del Graal" en komt van het album "Istino" en ook hierin laat de band me weer genieten van een lekker in het gehoor klinkende mix van progressieve en symfonische rock, die verscheidene tempowisselingen heeft en gevolgd wordt door "Cormorani" van de CD "74 Giorni", een kort nummer, dat alleen op piano gespeeld wordt en vlekkeloos over gaat in het laatste nummer van het album, getiteld "L'Ora Del Parlare (end Entropia)" van "Istino", waarin het tempo gemiddeld te noemen is, de muziek een swingend ritme kent en prima tempowisselingen het nummer spannend weten te houden.
De DVD bevat een extra song, getiteld "Echi Di Verità" en in dit schitterende nummer van "Stems" krijg ik een fantastische swingende song te horen, die net als de andere nummers enkele uitstekende tempowisselingen bevat.

Conqueror heeft me met "Un' Altra Verità" meer dan eens bewezen een geweldige band van grote klasse te zijn, die hun live uitvoeringen precies zo weet te spelen, alsof ze in de studio opgenomen zijn en ik heb dan ook met volle teugen van dit album genoten, waardoor ik iedere liefhebber van symfonische rock de CD/DVD kan aanraden.




Review: Landmarq - Roadskill - Live In The Netherlands (Synergy, 2015) (Symfonische Progressieve Rock)

Landmarq is een Britse progressieve rockband, die in 1990 te Londen, Engeland, werd opgericht en in eerste instantie bestond uit: Damian Wilson - zang, Uwe D'Rose - sologitaar, Steve Gee - basgitaar en zang, Dave Wagstaffe - drums en Steve Leigh - toetsen.
Damian verliet de band in 1992, maar keerde in 1995 terug en besloot in 1997 solo verder te gaan, waarna Ian ‘Moon’ Gould als zanger bij de band kwam, totdat hij besloot te stoppen en Tracy Hitchings bij de band kwam.
Toetsenist Steve Leigh werd in 2002 vervangen door Gonzalo Carrera, die op zijn beurt in 2005 werd opgevolgd door Mike Varty, terwijl drummer Dave Wagstaffe in 2012 naar Wishbone Ash overstapte, waardoor Daniel Martin de nieuwe drummer werd.
De band trad in de loop der jaren op in onder andere: Engeland, Nederland, Duitsland, België, Frankrijk, Italië, Polen, Rusland, Australië, het verre Oosten, Mexico en Amerika en werkte met gerenommeerde muzikanten als: Marillion, John Wetton (ex-Asia, Roxy Music, etc.), Steve Hackett (ex-Genesis), Hugh McDowell (ELO), Nik Turner (Hawkwind), Martin Turner's Wishbone Ash, Annie Haslam (Renaissance), IQ, Pendragon, Arena en zelfs met Suzi Quatro plus vele anderen.
Sinds hun oprichting in 1990 heeft de band 5 studio albums uitgebracht: "Solitary Witness" (SI Music, 1992), "Infinity Parade" (SI Music, 1993), "The Vision Pit" (SI Music, 1995 + heruitgaven op hun eigen Synergy Records en GFT-Cyclops), "Science of Coincidence" (Synergy Records, GFT-Cyclops, 1998) en "Entertaining Angels" (Synergy Records, 2012, eerste uitgave inclusief bonus CD).
Deze laatste verscheen eveneens, onder de naam "Entertaining Angels - Special Edition", in een zeer gelimiteerde oplage op vinyl als 2LP en wordt als het beste album van de band beschouwd.
Verder verschenen de live albums: "Thunderstruck (Live I)" (Synergy Records, GFT-Cyclops, 1999), "Aftershock (Live II)" (Synergy Records, GFT-Cyclops, 2002) en "Turbulence - Live in Poland" (Metal Mind Records, 2006), waarbij de eerste 50 exemplaren een gesigneerde ansichtkaart van de band bevatten en de opnames van de in 2006 verschenen DVD "Turbulence - Live in Poland" (Metal Mind Records) gehaald zijn.
Ook werden de CD's "Solitary Witness" en "Infinity Parade" door het GFT-Cyclops heruitgebracht met bonus nummers en verscheen de 2CD "Origins - A Landmarq Anthology - 1991-2014", via het Synergy Records label, met de beste nummers van Tracy Hitchings en Damian Wilson inclusief een nieuwe song, getiteld "Origins".
Hun nieuwe album "Roadskill - Live In The Netherlands" werd live gefilmd en opgenomen in 2013 in De Boerderij te Zoetermeer, Nederland en is uitgebracht door het Synergy label.

De CD start met "Turbulance", waarin ik de band een schitterende progressieve rock song hoor spelen, die diverse tempowisselingen, lichte hardrock en folk invloeden bevat en gevolgd wordt door "Personal Universe", een uitstekend rustig nummer en in deze song laat Tracy me horen niet voor gerenommeerde zangeressen, zoals Barbra Streisend onder te doen.
Daarna volgt "Glowing" en net als in de vorige songs klinkt de muziek melodisch en heeft de zang iets weg uit een musical, waardoor het een fantastisch geheel oplevert en in "Stormbrewing" speelt Mike Varty een prachtig kort piano werkje, dat vervolgd wordt in "Thunderstruck" laat Landmarq me genieten van een geweldig stuk symfonische rock, dat enkele prima tempowisselingen bevat, die het nummer spannend houden. (luister naar een uitvoering van dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Dan hoor ik "Prayer", waarin de band opnieuw zo'n mooie melodische song speelt met musical invloeden en in "Calm Before The Storm", dat uit 3 delen bestaat (i "Strange But Beautiful", ii "Spiderman", iii "Into The Abyss") en bijna 17 minuten duurt, zet de band me een schitterende mix voor van musical, symfonische en progressieve rock, waarbij de band verscheidene prima tempowisselingen ingebouwd heeft en naar het einde toe invloeden van Emerson, Lake & Palmer naar voren laat komen.
Het laatste nummer van de CD heet "Entertaining Angels" en hierin laat de band me ook nu weer zo'n heerlijke melodische symfonische rock song horen met daarin diverse tempowisselingen, die zo kenmerkend voor de muziek van de band zijn.
De DVD bevat nog 2 songs, die niet op de CD voorkomen, waarvan de eerste "Mountains Of Anglia" heet en in dit nummer krijg ik een uitstekend uptempo symfonische song te horen, waar tevens enkele tempowisselingen in zitten en in "Walking On Eggshells" schotelt de band me een prachtige rustige song voor, die geweldig klinkt.

De CD/DVD "Roadskill - Live In The Netherlands" bevat 10 heerlijke songs, die zeker door de liefhebbers van symfonische en progressieve rock gewaardeerd zullen worden en ik kan hen deze uitgave dan ook van harte aanbevelen.




Review: The Machine - Offblast! (Elektrohasch, 2015) (Stoner Rock)

The Machine komt uit de regio Rotterdam, Nederland en bestaat sinds 2007 uit Davy Boogaard - drums, Hans Van Heemst - basgitaar en David Eering - sologitaar en zang.
Verder maakt de band gebruik van andere instrumenten zoals: sitar, darbuku trom, mellotron, percussie en piano.
"Offblast!", dat zowel op LP als op CD verschijnt, is de opvolger van de split-CD "The Machine & Sungrazer", (Elektrohasch, 2013), "Calmer Than You Are" (Elektrohasch, 2012), "Drie" (Elektrohasch, 2010), "Solar Corona" (2009, Nasoni) en "Shadow Of The Machine" (2007, eigen beheer) en het vijfde volledige album van de band.

Het album bevat slechts 6 nummers, waarvan de eerste "Crysalis (Jam)" heet en hierin hoor ik The Machine een iets meer dan 16 minuten durende jam ten gehoren brengen, die in één woord fantastisch klinkt.
De band laat me, tot halverwege het nummer, hun geweldige stonerrock horen, die in een hoog tempo gespeeld wordt, waarna er over geschakeld wordt naar een rustiger tempo, dat langzamerhand steeds heftiger wordt, waarbij het gitaarspel dat van Jimi Hendrix benadert.
Daarna krijg ik "Dry End" voorgeschoteld en in dit korte nummer laat de band me genieten van een heftige stonerrock song, die wisselende tempo's bevat en gevolgd wordt door "Coda Sun", waarin de band me trakteert op een uptempo psychedelisch klinkende stonerrock song, die gitaar invloeden van Colour Haze heeft. (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Het volgende nummer heet "Gamma" en ook dat wordt in een vrij hoog tempo gespeeld, waarbij de muziek stevig is en een licht hypnotiserend ritme bevat.
In "Off Course" schotelt de band me opnieuw een lekker in het gehoor klinkende stonerrock song voor, waarin wisselende ritmes zitten en de muziek swingt, waardoor stil blijven zitten geen optie is.
In het laatste nummer "Come To Light" krijg ik een schitterend 12 minuten durend swingend rock nummer te horen, dat me van begin tot eind aan mijn stoel gekluisterd houdt en naar het einde toe steeds heftiger wordt.

The Machine heeft met "Offblast!" opnieuw een geweldig album afgeleverd, dat er om schreeuwt gedraaid te worden en dus een "must" is voor liefhebbers van dit genre.




maandag 20 juli 2015

Review: Various Artists - Side Effects - A Four LP Box-Set (Fruits De Mer Records, 2015) (Progressive Rock)

Keith Jones van het Fruits De Mer label heeft weer een bijzondere box samengesteld, die deze keer bestaat uit 4 LP's, waarop slechts 8 nummers door evenzoveel bands gespeeld worden.
De bands coveren allemaal één van de lange favoriete nummers van Keith uit de jaren 60-70.
De LP's in de box, die "Side Effects" heet, hebben de namen: "Sidetracks", "Sideways", "Sideshows" en "Sidesteps" en elke box bevat een 60 cm grote vierkante uitvouwbare poster.

Op kant 1 van "Sidetracks" hoor ik The Soft Bombs, uit Amerika, hun bijna 18 minuten durende versie van het Pink Floyd nummer "Echoes" spelen en hierin krijg ik een schitterend psychedelisch nummer voorgeschoteld, waarin sommige stukken zeer herkenbaar zijn, maar ook geeft de band een geheel fantastische eigen interpretatie aan het nummer, waardoor het een genot is om naar te luisteren.
Kant 2 bevat "Four Horsemen" van Aphrodite's Child's album "666", dat door Arcade Messiah uit Engeland gespeeld wordt en bijna 19 minuten duurt.
De band laat me in dit progressieve rock nummer van begin tot eind genieten van hun geweldige uitvoering van dit nummer, waarbij het tempo in het begin vrij hoog gehouden wordt en de muziek licht hypnotiserend op me werkt, waarna de band iets terug schakelt en de muziek een ruimtelijker en een meer symfonisch karakter krijgt, terwijl de band in het laatste stuk overschakelt naar de hardrock, waarmee de song afgesloten wordt.
Dan schotelt The Bevis Frond uit Engeland me, op kant 1 van "Sideways", hun 24 minuten durende versie van "China" van Electric Sandwich voor en daarin krijg ik een geweldig progressief rock nummer te horen, dat van begin tot einde een heerlijk hypnotiserend ritme bevat, door de basgitaar en drums gespeeld, terwijl de sologitaren er voor zorgen, dat het nummer spannend gehouden wordt.
Op kant 2 hoor ik Wreaths uit Amerika het nummer "Sundown" van Gordon Lightfoot vertolken, waarin de band, tot ongeveer halverwege het nummer, het ritme van de originele song aan houdt, maar er, zonder de song geweld aan te doen, evengoed een hypnotiserend ritme inbouwt en dit vervolgens tot het einde aan toe vast houdt.
"Sideshows" start met Superfjord uit Finland, die het nummer "CTA-102" van The Byrds ten gehore brengen in een 17 minuten durende uitvoering en hierin krijg ik een fantastische psychedelische song te horen, waarin ook lichte spacerock invloeden verwerkt zitten.
Kant 2 van de LP bevat "Starship Trooper" van Yes, dat door The Luck Of Eden Hall uit Amerika gespeeld wordt en bijna 19 minuten duurt.
De band laat me genieten van een uitstekende symfonische rock song met diverse prima tempowisselingen en ik krijg dan ook een heerlijke uitvoering van deze song te horen, waarin ook lichte progressieve rock invloeden zitten.
Op de laatste LP, "Sidesteps" hoor ik op kant 1 Julie's Haircut, uit Italië, een 17 minuten durende uitvoering spelen van Miles Davis' "Shhh/Peaceful" en dit lekker in het gehoor klinkende stukje progressieve jazz swingt als een trein en hierin maakt de band ook nog even tijd om te experimenteren en wordt op kant 2 gevolgd door het 21 minuten durende "I Feel Love" van Donna Summer, dat door Sendelica uit Wales gespeeld wordt en eveneens met jazz klanken begonnen wordt, waarna de band me een schitterende mix van jazzrock en spacerock voorzet, die naar het einde toe licht experimenteel en psychedelisch wordt.(luister naar een gedeelte van dit nummer via de youtube link onder de recensie)

De 4 LP box "Side Effects" bevat 4 fantastische LP's, waarop acht geweldige nummers staan en dit is dan ook zo'n uitgave, die je als muziekliefhebber zeker niet mag missen, kortom: verplichte kost!





Review: Lucifer's Friend - Awakening ( Lucifer's Records, 2015) (Hardrock)

Lucifer's Friend uit Hamburg, Duitsland maakte ook muziek onder de namen: The German Bonds, Hell Preachers Inc., Pink Mice, Electric Food, Air Mail, Children Of Quecha en Asterix, die allemaal 1 of meerdere LP's uitbrachten.
Lucifer's Friend bestond in 1970 uit: Peter Hesslein - sologitaar, akoestische gitaar, percussie en zang, Peter Hecht - piano, elektrische piano, orgel, Moog synthesizer en mellotron, Dieter Horns - basgitaar, Hans-Joachim "Addi" Rietenbach - drums en percussie en John Lawton - zang.
Lucifer's Friend bracht hun debuut LP "Lucifer's Friend" in 1970 via het Philips label uit, waarna de band van label veranderde en bij het progressieve Vertigo label terecht kwam.
Bijna alle bandleden speelden tevens bij James Last in het orkest, behalve zanger John Lawton, die uit de Les Humphries Singers kwam.
Via het Vertigo label verschenen "Where The Groupies Killed The Blues" (1972), "I'm Just A Rock 'N' Roll Singer" (1973), "Banquet" (1974), waarop Hans Geller saxofoon en dwarsfluit speelt en "Mind Exploding" (1976), waarop Karl Luer - saxofoon, dwarsfluit, viool en klarinet mee speelt.
In 1974 kwam drummer Herbert Bornholt bij de band, na het overlijden van Hans-Joachim Rietenbach in dat jaar en vervolgens stapte John Lawton in 1976 over naar Uriah Heep, werd de compilatie LP "The Devil's Touch" via Fontana uitgebracht en maakte de band de overstap naar het Elektra label, die in 1978 de LP "Good Time Warrior" uitbracht, waarop de nieuwe zanger, Mike Starrs, te horen is.
In 1980 was ook Adrian Askew - keyboards en zang bij de band gekomen en werd de LP "Sneak Me In" (Elektra) uitgebracht, waarna John Lawton in 1981 terug keerde, terwijl Mike Starrs en Adrian Askew de band verlieten en in dat jaar de LP "Mean Machine" (Elektra) verscheen.
Lucifer's Friend ging in 1982 uit elkaar, om in 1994 als Lucifer's Friend II opnieuw opgericht te worden door John Lawton en Peter Hesslein om samen met Curt Cress - drums, Andreas Dicke - basgitaar, Jogi Wichmann - keyboards en Udo Dahmen - drums, de LP "Sumo Grip" uit te brengen en vervolgens weer opgeheven te worden.
In 2015 besloten de bandleden om Lucifer's Friend opnieuw leven in te blazen en de band bestaat tegenwoordig uit: Peter Hesslein - sologitaar en keyboards, Dieter Horns - basgitaar, John Lawton - zang en Stephen Eggert - drums.
"Awakening" is hun nieuwste uitgave en is een 2CD geworden, waarbij op CD 2 4 nieuwe songs staan, terwijl CD 1 bestaat uit 10 nummers van hun vorige albums.

CD 1 start met 4 songs van de LP "Lucifer's Friend", waarvan "Ride The Sky" de eerste is en hierin hoor ik de band een geweldige swingende hardrock song spelen, die in een vrij hoog tempo gebracht wordt en enkele uitstekende tempowisselingen bevat, waarna "In The Time Of Job" volgt en in dit nummer laat de band me opnieuw genieten van een lekker in het gehoor klinkende opwindende melodische hardrock song, die in een hoog tempo gespeeld wordt.
Daarna krijg ik "Keep Going" te horen en ook dit is weer zo'n schitterende hardrock song, die swingt en prima tempowisselingen bevat, waardoor het nummer van begin tot einde spannend blijft.
Dan hoor ik "Toxic Shadows" en in deze song schotelt de band me een fantastische melodische hardrock song voor, waarin diverse tempowisselingen zitten, waarna ik het vrij rustige "Burning Ships", van het album "Where The Groupies Killed The Blues", te horen krijg, dat een genot is om te beluisteren en gevolgd wordt door 2 nummers van "Mind Exploding", waarvan de eerste "Fugitive" heet.
Hierin laat Lucifer's Friend me opnieuw genieten van een schitterende swingende hardrock song, waarin lichte funk invloeden en geweldig synthesizer spel zitten, om te vervolgen met "Moonshine Rider", dat weer zo'n heerlijke swingende song is, waarbij stil zitten geen optie is.
Van het album "Banquet" hoor ik "Dirty Old Town", een uitstekende rustige rock song, die langzaam iets sneller wordt en een aanstekelijk ritme heeft.
De laatste 2 songs komen van de LP "Mean Machine" en heten respectievelijk "Fire And Rain", waarin de band een swingende rock speelt en "Hey Driver", dat eveneens swingt en vrij stevig klinkt en enkele subtiele tempowisselingen bevat.
Wat me opvalt aan deze compilatie, is dat er helaas geen enkel nummer van "I'm Just A Rock 'N' Roll Singer" op staat, terwijl dat naar mijn mening toch een geweldige LP is, die vol staat met schitterende rock songs, maar ook mis ik fantastische nummers als "Spanish Galleon" van "Banquet" en "Yesterday's Ideals" van "Mind Exploding", waarin de band laat horen, meer dan alleen hardrock te kunnen spelen.

CD 2 begint met "Pray" en hierin laat de band me horen nog steeds geweldige swingende rock songs te kunnen maken, hoewel de kracht van de stem van John Lawton in de loop der jaren toch iets minder is geworden, maar desondanks nog steeds uitstekend klinkt.
In "Riding High" schotelt Lucifer's Friend me een vrij bombastisch klinkende hardrock song voor en in "Did You Ever" speelt de band een lekker in het gehoor klinkende hardrock song met lichte oosterse invloeden, die een wisselend tempo heeft, waarbij het tempo eerst rustig is, maar dan even versneld om terug te keren naar het rustige en vervolgens herhaald de band dit enkele malen.(luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Het laatste nummer heet "This Road" en ook dit is weer zo'n uitstekende swingende hardrock song, waarmee de band laat horen wel ouder geworden, maar nog lang niet afgeschreven te zijn.

Lucifer's Friend heeft me met de compilatie en hun 4 nieuwe songs laten horen, dat ze nog steeds meetellen als hardrock band en ik kan deze 2CD dan ook van harte aanbevelen aan zowel de nieuwe generatie hardrock fans als aan de oudere, die opgroeide met muziek van de jaren 70 hardrock bands.




Review: The Smoke - My Friend Jack Eats Sugar Lumps / An Anthology (Morgan Blue Town, 2015) (Psychedelisch)

Eind 1964 gingen enkele leden van de Yorkse bands The Viceroys en The Moonshots samenwerken onder de naam The Shots.
De band, die toen bestond uit: John Lund - basgitaar, Phil Peacock - sologitaar, Malcolm Luker - sologitaar, Mick Rowley - zang en Geoff Gill - drums, besloot te vertrekken uit Yorkshire, om hun succes te zoeken in Londen.
Al snel trokken ze de aandacht van het muziek management van Alan Brush, die de band als voorprogramma van P.J.Proby had zien optreden en in oktober 1965 kregen ze een contract bij het Columbia Records label.
Hun debuut single "Keep A Hold Of What You've Got" / "She's A Liar" flopte helaas door het grote aanbod swingende sixties muziek, waardoor Phil Peacock besloot te stoppen en terug te keren naar Yorkshire en ook manager Alan Brush gaf er de brui aan doordat er geen geld genoeg binnen kwam en ook hun volgende single "There She Goes" / "Walk Right Out The Door", eveneens uit 1965, flopte.
In Ron en Reggie Kray vonden ze hun nieuwe managers, maar wisten niet, dat deze heren in feite niets anders dan gangsters waren, die een het grootste deel van de cake op zouden eisen.
De bandleden schreven inmiddels zelf hun songs en namen in 1966 zes nieuwe songs op, inclusief het psychedelisch klinkende "My Friend Jack", dat door producer Monty Babson een meesterwerk werd genoemd en de band besloot door de verandering van hun muzikale richting ook hun bandnaam te veranderen en noemden zich vanaf toen The Smoke.
Babson benaderde EMI voor een contract en het label wilde het nummer wel op single uitbrengen, maar met een gecensureerde tekst, waarna de nieuwe versie in februari 1967 verscheen.
Het nummer stond slechts 3 weken in de top 50 en werd door de BBC geboycot, door de drugs gerelateerde tekst, maar werd desondanks een grote hit in Europa en de band verscheen in het Duitse tv programma Beat Club, die opnames maakte in de Londense Marquee Club.
Door het Europese succes besloot de band in Duitsland te gaan wonen, waarna hun volgende singles in 1967 zowel in Engeland als in Duitsland, maar ook veranderde de band van label en verschenen hun volgende 2 nieuwe uitgaven via het Island label van Chris Blackwell.
Tevens werd in 1967 de LP "It's Smoke Time" door het Metronome label uitgebracht en verscheen alleen in Duitsland, totdat het Morgan Blue Town label in 2011 besloot opnieuw uit te brengen.
Doordat de band niet terug wilde keren naar Engeland om nummers op te nemen voor Island, nam Chris Blackwell de apparatuur en de bus van de band in beslag, om zo iets van het geld terug te krijgen, dat hij in de band gestoken had.
In de volgende 2 jaar keerden de meeste bandleden terug naar Engeland en vonden werk bij Monty Babson nieuwe Morgan Studio.
Begin 1970 waren alleen Geoff Gill en Zeke Lund nog over van de band, die samen met zanger Will Malone van Fickle Pickle en zanger Cliff Wade The Smoke vormden.
Hun nieuwe singles, die in het Glam Rock straatje pasten, werden in Engeland door Regal Zonophone uitgebracht en in Europa door Basf en Odeon, omdat Monty had besloten zijn Morgan Blue Town label op te heffen.
Een van de meest opvallende singles van The Smoke was "Sugar Man" / "That's What I Want", waarop Geoff de zanger was en dit nummer verdiend het om één van de betere Glam Rock nummers te worden genoemd.
De band maakte in 1975 een versie van "My Friend Jack" voor de Franse markt, maar dat resulteerde uiteindelijk in het einde van de band.
Alle nummers, die de band maakte, zijn nu op een 3CD album verschenen, inclusief de singles van The Shots en Chord Five, waarvan vele jaren ten onrechte gedacht werd, dat het een pseudoniem van The Smoke was, plus enkele live opnamen en alternatieve versies.
Chord Five, die in 1964 te Stratford, Londen onder de naam The Pioneers werd opgericht, bestond uit: Terry Holmes - zang en sologitaar, Lee Morrison - basgitaar, Roger Stoten -drums, Terry Bristow - slaggitaar, Peter Ross - slaggitaar en keyboards en Phil Holmes - orgel.

CD 1 bevat de in Duitsland, Engeland en Frankrijk uitgebrachte singles en telt 19 nummers en begint met de originele versie van "My Friend Jack" (UK, D) uit 1967 en hierin krijg ik een lekker swingende licht psychedelische beat song te horen, die gevolgd wordt door "We Can Take It", dat de B-kant van de single is en ook in dit nummer laat de band me een uitstekende uptempo beat song horen.
Daarna hoor ik "High In A Room" (D), eveneens uit 1967, waarin de band een prima en aanstekelijk klinkende beat song ten gehore brengt, waarna de andere kant van de single "If The Weather's Sunny" (D) te beluisteren valt en ook dit is een redelijk goede song.
"If The Weather's Sunny" werd in de UK als A-kant werd uitgebracht met "I Would If I Could, But I Can't" als B-kant, waarin de band me een goede swingende song voorschotelt, die met een enigszins humoristische ondertoon gespeeld wordt.
Dan volgt  "Have Some More Tea", een fantastische licht psychedelische beat song, dat de achterkant van de single "Victor Henry's Cool Book" (D, 1967) is en deze song klinkt gewoon lekker en zet me in beweging.
Vervolgens hoor ik "It Could Be Wonderful" (UK, 1967), een opgewekt klinkende beat song, die "Have Some More Tea" als andere kant heeft, waarna ik de onuitgebrachte Island single "Utterly Simple" (UK, 1968) te horen krijg en ook dit is een lekker klinkende beat song, met een prima dansbaar ritme en "Sydney Gill" als B-kant heeft, waarin de band me een vrij progressief klinkende pop song laat horen.
Dit nummer zou in 1968 wel in Duitsland verschijnen en heeft "It Could Be Wonderful" als achterkant.
In "Dreams Of Dreams" (UK, 1970) krijg ik een uitstekende swingende pop song te horen en in "My Birth" laat de band me een prima progressieve poprock song horen, waarna "Ride Ride Ride" (UK, 1971) volgt en dit is een vrij commerciële dansbare pop song, die "Guy Fawkes" als achterkant heeft en hierin hoor ik een goed in het gehoor klinkende pop song met country invloeden.
Met het schitterende "Sugar Man" (UK, D, 1972) is de band overgestapt naar het maken van Glam Rock en klinkt hierin als T.Rex en met "Jack Is Back", dat als A-kant gebruikt voor de Franse single, krijg ik een heerlijke licht progressieve rock song te horen, die net als "Sugar Man", "That's What I Want" als achterkant had en in dit nummer schotelt The Smoke me een fantastische progressieve rock song voor.
In "Shagalagalu" (UK, D, 1974) laat de band me opnieuw een heerlijke Glam Rock song horen en in "My Lullaby" (UK, 1974), krijg ik ongeveer dezelfde muziek te horen, alleen in een commerciëlere uitvoering.

CD 2 ("Album Tracks And ...") start met de single uitvoering van "My Friend Jack", die geweldig en licht psychedelisch klinkt (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie), waarna de B-kant van "Shagalagalu" volgt, getiteld "Gimme Good Loving" en dit is een swingende Glam Rock song, die gevolgd wordt door de B-kant van "My Lullaby", die "Looking High" heet en eveneens een lekker in het gehoor klinkende rock song is.
Vervolgens krijg ik 7 songs van de LP te horen, waarvan "Waterfall" de eerste is en hierin speelt de band een prima beat song in een gemiddeld tempo, gevolgd door "You Can't Catch Me", een uitstekende beat song, die me lichtelijk aan de muziek van The Hollies doet denken.
Daarna hoor ik "Wake Up Cherylina", een heerlijke pop song, waarin enkele prima tempowisselingen zitten, waarna ik "Don't Lead Me On" hoor, een swingende rock song, die zeer dansbaar is.
In "I Wanna Make It With You" laat de band me genieten van een swingende pop song en ook in "It's Getting Closer" krijg ik een lekker in het gehoor klinkende beat song voorgezet, waarna ik de laatste song van de LP te horen krijg, getiteld "It's Just Your Way Of Lovin'", een schitterende swingende beat song, waarbij stil zitten geen optie is.
Dan hoor ik de single van The Shots, waarvan "Keep A Hold Of What You Got" de A-kant is en hierin laat de band me genieten van een fantastische mix van rock & roll en beat, die in een vrij hoog tempo gespeeld wordt, terwijl de achterkant eveneens een geweldige swingende beat song bevat, die "She's A Liar" heet.
De laatste 6 songs (3 singles) van de CD komen van Chord Five en daarvan heet de eerste ""I Am Only Dreaming" (1967), waarbij de band een als The Kinks klinkende uptempo rock song ten gehore brengt, die gevolgd wordt door "Universal Vagrant", een heerlijke swingende garagerock song.
Daarna hoor ik "Some People" (1968) en hierin laat Chord Five me genieten van een uitstekende aanstekelijke beat song, waarna het zeer dansbare "Battersea Fair" volgt, dat licht Zuid-Amerikaanse en Kinks invloeden bevat.
In "Same Old Fat Man" (1969) hoor ik een swingende vrolijke pop song met lichte invloeden van The Kinks en zigeuner muziek en in "Hold On To Everything You Got" krijg ik opnieuw een zeer dansbare swingende pop song te horen, waarbij het onmogelijk is stil te blijven zitten.

CD 3 (B-Sides, Alt.Versions & Live) begint met de versie uit 1976 van "My Friend Jack" en deze is iets psychedelischer, maar klinkt verder niet erg anders dan de single.
In "She Put The Hurt On Me" klinkt de band als The Rattles en dit nummers swingt als een trein, waarna "Like A Good Man Should" volgt en hierin laat de band me een uitsteknde psychedelisch rock song horen.
Daarna volgt "Playing With Magic", een heerlijke swingende psychedelische beat song, gevolgd door "Lady", waarin ik een lekker in het gehoor klinkende pop song horen krijg en in "Thus Spoke Alice", de alternatieve versie van "Uttely Simple" laat de band me genieten van een fantastische psychedelische pop song.
Dan hoor ik de alternatieve uitvoering van "Sydney Gill", dat een schitterende progressieve rock song is en dit nummer wordt gevolgd door "Bring It All Back Home", een prima pop song, die enkele tonen van "Long Cool Woman" van The Hollies bevat.
Het volgende nummer heet "Time To Go #1" en daarin maakt de band de mix van pop en countryrock, die niet onverdienstelijk klinkt en gevolgd wordt door de alternatieve versie van de song, getiteld "Time To Go #2", die totaal verschillend is en in deze uitvoering speelt de band de song niet alleen rustiger, maar ook is de muziek meer op pop gericht, waardoor het geheel me een stuk aangenamer in de oren klinkt.
Vervolgens schotelt de band me "The Man With One Leg" voor, waarin ik humoristische pop song te horen krijg, waarna "Old Feet New Socks" volgt, eveneens een fantastische rustige mooie humoristische pop song.
In "Poor Little Frogs" krijg ik opnieuw een aanstekelijke humoristische pop song te horen, die enkele prima tempowisselingen bevat en heerlijk is om te beluisteren en gevolgd wordt door "Sweet Wilfred - A Rodent Of Note", waarin de band verder gaat met het maken van swingende humoristische pop songs en ook "Blown Away" is weer zo'n schitterende humoristische pop song.
"Holiday Farm" is een uitstekende pop song met eind jaren 60 uitstraling en "Ring Me" is een lekker in het gehoor klinkende pop song.
De laatste 3 nummers worden live gespeeld waarvan "She Put The Hurt On Me" de eerste is en hierin laat de band me ook nu weer van een schitterende swingende pop song, waarbij de invloed van The Rattles goed te horen is en in "High In A Room" laat de band me genieten van een aanstekelijke beat song, waarna de CD afgesloten wordt met de live versie van "My Friend Jack", die een stukje heftiger klinkt, dan de studio uitvoering, maar voor het einde afgebroken wordt.

De 3CD "My Friend Jack Eats Sugar Lumps / An Anthology" geeft een uitstekend beeld weer van de muziek van The Smoke, zoals die zich in de loop der jaren ontwikkelde, waarbij hun Glam Rock periode en de schitterende humoristische songs me erg verrasten.
Ik kan zowel liefhebbers van zestiger jaren muziek, alsmede Glam Rock fans deze 3CD dan ook van harte aanbevelen, maar ook zij, die van heerlijke pop songs en humor houden, zullen deze uitgave zeker kunnen waarderen.




Review: Cary Grace - Tygerland (Door 13 Music, 2015) (Progressive Rock)

Songwriter, componiste, producer, muzikante en analoge synthesizer maakster Cary Grace werd in South Carolina, Ameria, geboren en woonde jarenlang in Nashville.
Ze bracht haar debuut CD album "Book Of Rhymes" in 2004 via het Door 13 Music label uit en verhuisde samen met haar kat, 4 gitaren en enkele dozen spullen, in 2005 naar Engeland, waar ze met diverse muzikanten werkte en in 2007 het album "Where You Go", dat net als haar volgende albums via Door 13 Music werd  uitgebracht.
In 2008 verschenen "Mendip Rock" en "Projections", gevolgd door "Perpetual Motion" (2CD, 2009) en "Constant Things" (2011), plus "Monday Machines" met de band Monday Machines (een samenwerking met Allan Coberly, Andy Budge en David Payne) in 2010, het jaar waarin ze ook begon met het produceren van The Airtight Garage, een muziek programma en tevens podcast.
Verder verschenen de singles "Pandora" (2007), "Vanishing" (2009) en "Take This Love With You" (2010), plus "Archangel's Thunderbird" (een cover van Amon Duul II, in samenwerking met Mauve La Biche en de spacerock band F/i) (2011) en het nummer "Cirrus Minor" (een Pink Floyd cover), dat op de CD "Momentary One" staat en in 2015 door het Fruits De Mer label werd uitgebracht.
Momenteel houdt ze zich bezig met het maken van Wiard synthesizers in Wessex Analogue, werkt aan ten minste 2 nieuwe soloplaten, waarvan "Tygerland" op 13 juli 2015 verschijnt, terwijl ze ook haar maandelijkse radio shows nog maakt.

Haar nieuwe album "Tygerland" bevat 8 nummers, waarvan 5 van de nummers in augustus 2014 live opgenomen zijn tijdens een sessie met Steffe Sharpstrings (Here & Now, PLanet Gong) en John Garden (Scissor Sisters, Alison Moyet).
Als eerste hoor ik het titelnummer "Tygerland", een experimenteel stukje geïmproviseerde muziek, dat invloeden van psychedelische muziek en ambient heeft en gevolgd wordt door "Cyanide", waarin ik een schitterende vrij rustige progressieve rock song te horen krijg, die diverse prima tempowisselingen bevat.
Daarna hoor ik "Orange Sky", een rustige elektronische pop song, die met minimale middelen, dat wil zeggen een Minimoog synthesizer, gemaakt is, maar desondanks uitstekend klinkt. (luister naar dit nummer via de link onder de recensie)
Dan krijg ik "War Child" voorgeschoteld en hierin laat Cary me een lekkere swingende pop song van iets meer dan 9 minuten horen, die lichte progressieve rock en blues invloeden kent en gevolgd wordt door "Limelight", waarin ze me een mooie rustige pop song met lichte jazz invloeden laat horen.
In "Razorwire" krijg ik opnieuw zo'n prachtige melodische pop song te horen en in "Into The Indigo", die ze samen met Graham Clark (Gong) en Spencer Cullum Jr. (Dead String Brothers, Steelism) opnam tijdens de "Perpetual Motion", waarin geweldig vioolspel zit, laat ze me genieten van een heerlijke treurig klinkende pop song.
Het laatste nummer heet "Windsong" en hierin laat Cary me genieten van een 20 minuten durend stuk psychedelische progressieve rock, waarin ik een voordracht  te horen krijg, die onder begeleiding van een hypnotiserend ritme gespeeld wordt en dit fantastische nummer is zonder twijfel het beste van het album.

Het album "Tygerland" van Cary Grace staat vol heerlijke progressieve rock songs met psychedelische invloeden en is een lust voor het oor, waardoor ik elke liefhebber van deze muziekstijl deze schijf dan ook volledig kan aanraden.




maandag 13 juli 2015

Review: Blurred Vision - Organized Insanity (Open Eyes Records, 2015) (Symfonische Rock, Pop)

Blurred Vision werd in 1998 door de uit Iran afkomstige broers Sepher "Sepp" Osley - sologitaar en zang en Soheil "Sohl" Osley - basgitaar, zoons van een voormalige generaal van het Iraanse leger, te Toronto, Canada opgericht, die om veiligheids-redenen hun achternaam veranderden, zodat hun familie in Iran beschermd blijft.
Samen met drummer Ben Riley vormen ze de band, die in 2009 hun debuut single "Democracy" uitbracht, hoofdzakelijk als protest tegen het regime in Iran, maar ook in de rest van de wereld.
In 2010 werd Blurred Vision door Pink Floyd oprichter Roger Waters gelanceerd en in 2012 speelde de band tijdens het WhyHunger’s Artists Against Hunger & Poverty programma net als Bruce Springsteen, Carlos Santana en Jackson Browne en was daar in 2014 opnieuw te gast.
Ook was Blurred Vision als enige Canadese band uitgenodigd om op te treden tijdens het "50th Anniversary Celebrations of The Beatles arrival in America" festival, dat plaats vond in het historische Hudson Theatre te New York, waar de band voor uitverkochte zaal speelde.
Voordat hun debuut album "Organized Insanity", waar de New Yorkse toetsenist, zanger Joel Lightman op mee speelt, in april 2015 verscheen, bracht de band al diverse singles uit, waaronder: "Hey Ayatollah, Leave Those Kids Alone" (dat een re-make is van "Another Brick In The Wall Pt.2"), "Dear John" (als ode aan John Lennon), "Back In The U.S.S.R." (Beatles cover) en "The Sound Of Silence" (Simon and Garfunkel cover).

Het album bevat 11 nummers en start met hun nieuwe single "No More War", waarin ik de band een lekker in het gehoor klinkende protest song hoor spelen, die me aanzet tot meebewegen (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie) en gevolgd wordt door "Rollin' On", een uitstekende vrij rustige pop song, waarin lichte invloeden van Roger Waters en Pink Floyd te horen zijn.
Daarna krijg ik "Tonight" te horen en hierin schotelt de band me een schitterende symfonische pop song voor, die enkele prima tempowisselingen bevat en gevolgd wordt door "Long May You Run", een prachtige rustige pop song, waarna het swingende "Promise" volgt, een fantastische mix van hardrock, elektro en pop, die in een hoog tempo wordt uitgevoerd.
Dan hoor ik de single "Dear John" en dit nummer bevat een schitterende tekst, die gerelateerd is aan de songs, die John Lennon schreef, terwijl de muziek uitnodigt om in beweging te komen.
In "Arms Of Our World" laat de band me genieten van een heerlijke melodische symfonische rock song en in "All I Wanted" krijg ik opnieuw een lekker swingende pop song te horen, waarbij stil zitten geen optie is.
Het volgende nummer heet "Wherever You Are" en ook hierin zit een zeer dansbaar ritme, terwijl de muziek vrij commerciel klinkt, maar in "The Keeper" krijg ik hele andere geluiden te horen en hierin verrast de band me door een geweldige progressieve rock song te spelen met een oosters ritme en zowel Engelse als Iraanse teksten en dit vind ik zonder meer het beste nummer van het album, dat afgesloten wordt met de titel song "Organized Insanity", waarin de band me een heerlijke symfonische rock song voorschotelt, die maatschappij kritische teksten bevat.

Het debuut album van Blurred Viosion staat vol heerlijke symfonische muziek met uitstekende teksten en is een genot om naar te luisteren, waardoor ik dit album dan ook aan iedere liefhebber van dit genre kan aanraden.




Review: Rob Hegel - Make It Magical (Red Lips, 2015) (Pop)

Nadat Rob Hegel, die in Dayton, Ohio, geboren is, The Beatles in de Ed Sullivan show had zien optreden op 9 februari 1964, wist hij het zeker; hij wilde ook in een band spelen.
Hij vroeg zijn vrienden Mike Reed en Tim Daum, die bij hem in de klas op high school zaten en die in de band The Duprees hadden gespeeld, of hij in hun nieuwe band mocht komen spelen en dat was goed.
De band, die ze The Chandells noemden, bestond toen uit: Graig Carlson - slaggitaar, Geoff Hearsum - basgitaar, Dale Graham - zang, Rob Hegel - bongo's en orgel en Tim Daum - sologitaar en Mike Reed - drums.
Binnen 6 maanden waren ze de meest gevraagde band in het zuiden van Ohio, speelden ze in alle grote plaatsen en hadden in Greenville zelfs politie escorte nodig om langs hun uitzinnige fans te komen.
Tegen de tijd dat ze senioren waren op high school, was hun populariteit zo gestegen, dat de nr.1 diskjockey van Dayton, Bob Holiday, hen de beste van de 800 bands, die de streek rijk was, noemde.
Maar dat had ook een keerzijde, want de band werd regelmatig uitgedaagd om mee te doen aan band battles en raakte dat beu.
Daarom was het tijd voor verandering en dat kwam er, omdat ze hadden besloten de bandnaam te veranderen en deze werd tijdens hun uitverkochte concert in de Centerville's Town Hall begin 1966 bekend gemaakt en gingen ze verder onder de naam Bittervetch.
Dat jaar werd ook hun enige single uitgebracht en ging de band 23 juli uit elkaar, doordat elk van hen een andere studierichting op ging en de bandleden in verschillende plaatsen in het land terecht kwamen.
De nalatenschap van de band bestaat uit 16 door Rob geschreven songs, die via Gear Fab records in 2005 zijn uitgebracht en op de CD aangevuld zijn met enkele solosongs van Rob, plus een opname van Me And The Other Guys, waarin Rob piano speelt.(GF-217)
Vervolgens maakte Rob de overstap naar de muziek industrie en ging voor RCA Records werken, die hij zijn zelf geschreven songs aanbood en daarmee in 1973 een platencontract verwierf, waarna zijn single "New York City Girl" verscheen.
Hij verhuisde naar New York City en bracht in samenwerking met Amanda George zijn tweede single via RCA uit, maar door creatieve meningsverschillen gingen RCA en Rob uit elkaar.
Vervolgens kwamen Rob en Amanda bij muziek industrie legende Don Kishner terecht, waar ze gedurende enkele jaren songs schreven voor diverse televisie projecten.
In 1980 keerde Rob terug naar RCA, die zijn eerste solo LP "Hegel" met daarop de hit "Tommy, Judy & Me" uitbracht, waarmee Rob de aandacht trok van Dick Clark, die hem in American Bandstand liet optreden.
In 1982 werd hij geïntroduceerd bij Dick Wagner (gitarist van o.a. Alice Cooper) en schreef hij de song "Just as I Am", waar Air Supply een top 20 hit mee scoorde en in 1985 werkte hij mee aan de dance versie van het nummer "In-A-Gadda-Da-Vida", dat via Kama Sutra records verscheen.
Daarna werkte hij met diverse andere artiesten en verscheen zijn tweede LP "Hegel 2" (een compilatie met daarop 20 nummers) in 2009 via het Red Lips Records label, die ook de download CD "Road Signs" (2012) uitbracht plus de kerstsingle "It’s Almost Christmas" (2009), die hij samen met Nataly Lola Plotner maakte.
In 2014 werd hij voor de opnames van de Pete Quaife (Kinks) Foundation CD "Shoulder To Shoulder" (die in december 2014 verscheen) gevraagd enkele songs te spelen, waarna hij "You & I" en een a-capella versie van Ray Davis' Kinks klassieker "Tired of Waiting for You" ten gehore bracht.
Verder schreef hij samen met zijn vrouw Susan het verhaal "Tuxedo Bob", maakte een musical thriller getiteld "The Mirror Of Mister Moore" en een detective genaamd "All That Glitter".
Op zijn nieuwe CD "Make It Magical", die geproduceerd werd door Robbie Krieger en Harper Hug en via het Red Lips Records label is uitgebracht, spelen Robbie Krieger (The Doors), Elliott Randall (o.a.: Seatrain, Asia, Steely Dan, Sha-Na-Na), Doug Pettibone (o.a.: Marianne Faithfull, John Mayer, Tracy Chapman, Mark Knopfler), Bob Glaub (studio muzikant o.a.: Journey, Steve Miller Band, John Fogerty, Bob Dylan, Bruce Springsteen, enz), Ronnie King (Tupak Shakur), Lee Thornburg (Supertramp, Tower Of Power), Richard T. Bear en Mario Calire mee.

De CD bevat 11 nummers, waarvan "Love Is A Song" de eerste is en hierin krijg ik een schitterende zestiger jaren gerelateerde song te horen, waarin invloeden van The Beatles sterk hoorbaar zijn en het ritme zeer aanstekelijk is.
Daarna volgt "Just As I Am", waarin Rob opnieuw een fantastisch stukje muziek ten gehore brengt, waarvan ik denk, dat dit opnieuw een hit kan worden (eerder scoorden Air Supply,Samantha Lam en L.U.S.T. er een hiet mee), mits de radio stations het draaien en de muziek doet me denken aan die van eind jaren 60 en ook nu is de invloed van The Beatles goed hoorbaar.
Dan krijg ik een lekker in het gehoor klinkende pop song te horen, getiteld "Do You Ever Think Of Me At All?", waarbij het moeilijk is stil te blijven zitten, die gevolgd wordt door de titelsong "Make It Magical", waarin een erg vrolijk aanstekelijk ritme zit en de muziek me aan die van Paul McCartney doet denken.(luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
In "Say You Love Me" laat Rob me een gevoelige ballad horen en hierbij begeleidt hij zichzelf op piano, waarna "Sanatarium" volgt en ook in dit naar 50er jaren gemaakte nummer begeleidt hij zichzelf op piano, aangevuld door ukelele en drums.
"I Belong To You Belong To Me" klinkt heerlijk opgewekt en swingend, waardoor ik met de muziek mee begin te deinen, terwijl het ook de jaren 60 opnieuw terug
in mijn herinnering brengt en dit nummer wordt gevolgd door "When You Wake Up In The Morning", waarin een een aanstekelijk liefdeslied te horen krijg, zoals Rob die in de jaren 60 ook schreef.
Vervolgens hoor ik "You Wonder" en hierin gaat hij verder met het maken van zijn lekker in het gehoor klinkende muziek, door me een uitstekende rustige song voor te schotelen, die gevolgd wordt door het heerlijke "Completely Nude", waarin behalve een swingend ritme ook lichte country invloeden zitten en het is dan ook moeilijk om niet in beweging te komen bij deze song.
Het laatste nummer van de CD heet "Something Is Going To Happen" en doet me lichtelijk denken aan het nummer "Garden Party" van Ricky Nelson en ook deze swingende song bevat invloeden uit de country.

Rob Hegel heeft met "Make It Magical" een fantastische CD gemaakt, die vol met uitstekende songs staat en naar mijn mening zijn beste album tot nu toe is en ik kan iedere liefhebber van jaren 60 muziek, alsmede de betere pop, deze schijf dan ook voor de volle 100% aanbevelen.




Review: Datura4 - Demon Blues (Alive Natural Sound Records, 2015) (Bluesrock)

Datura4 werd in 2011 te Fremantle, Australië opgericht door Dom Mariani - zang en sologitaar en Greg Hitchcock - zang en sologitaar.
Dom speelde eerder in de legendarische garagerock bands The Stems en DM3 en Greg in You Am I en New Christs.
Samen met Stu Loasby - basgitaar en Warren Hall - drums, die in The Drones speelde vormen ze de band, waarmee ze al snel een goede reputatie met hun live optredens opbouwden in hun woonplaats.
Hun debuut album,"Demon Blues", met een fantastische psychedelische hoes, die door Joshua Marc Levy van Asheville Art Family is gemaakt, wordt in juli 2015 door het Alive Natural Sound Records label uitgebracht en daarop staan 10 nummers.

Het album begint met "Out With The Tide", waarin ik een lekker klinkende stevige bluesrock song te horen krijg, die invloeden van powerrock bevat en in een gemiddeld tempo gespeeld wordt, waarna "You Ain't No Friend Of Mine" volgt en daarin krijg ik opnieuw een uitstekende mix van powerrock en blues te horen.
Daarna schotelt de band me "Another Planet" voor, een licht psychedelische pop song met een aanstekelijk swingend ritme en blues invloeden en deze wordt gevolgd door "Journey Home" en hierin laat de band me genieten van een fantastische progressieve bluesrock song, die in een vrij dreigend hypnotiserend ritme gespeeld wordt.
In het volgende nummer, dat "Hoonsville" heet, hoor ik de band een schitterend rock nummer spelen in een mix van blues en boogie, die swingt als een trein en in het titel nummer "Demon Blues" speelt Datura4 een geweldig lekker klinkende rustige bluesrock song, waarin een eentonig ritme voor een licht hypnotische effect zorgt. (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Dan volgt "Pissin' Up The Wall" en laat de band me een prima swingende progressieve bluesrock song horen, waarin enkele subtiele tempowisselingen zitten en deze wordt gevolgd door "Killjoy" en in dit nummer krijg ik ook nu weer een lekker in het gehoor klinkende mix van blues en powerrock te horen, die in een niet al te hoog tempo gespeeld wordt.
In "Gravedigger Man" speelt de band een rustige licht psychedelische pop song in een aanstekelijk ritme en in het laatste nummer, dat "Love To Burn" heet, laat de band me nogmaals genieten van een schitterende jaren 70 gerelateerde progressieve rock song met blues invloeden.

Het debuut album "Demon Blues" van Datura4 staat vol heerlijk bluesrock songs, waarbij ik me geen moment verveelt heb en ik kan dit uitstekende album dan ook van harte aanbevelen aan een ieder die van bluesrock houdt, maar zij, die van powerrock en progressieve rock houden, kan ik aanraden deze schijf eens te gaan beluisteren.




Review: Various Artists - Box Records Vol. 1 (Box Records, 2015) (Stoner, Punk, Elektro, Psychedelische Muziek)

Het Box Records label is sinds 2009 actief in de Britse underground scene sinds hun eerste uitgave, de split 7" vinyl single Gnod en Bong.
Na deze release volgden meerdere cassettes, 7" en 12" vinyl singles en LP's plus een 10" vinyl EP.
Op 8 juni 2015 verscheen de compilatie CD "Vol. 1", die via het label zelf, maar ook via Spotify, iTunes en andere digitale kanalen te downloaden is.
Matt Baty zegt over zijn releases: “I release music that I’m passionate about and hope other people will enjoy. I’ve got to find the music exciting and it’s got to move me in some way. I’ve said it before, but I genuinely don’t see much of a difference between the music of say, Richard Dawson and a band like Khünnt. Sure, sonically it’s completely different but both are emotionally charged, honest and true. That's the music Box Records celebrates".

De CD bevat 15 nummers, waarvan het eerste nummer "Abstehen Pt. I" van Gnod is, waarvan de bandleden allen in Manchester, Groot Brittannië, wonen, maar in feite is het een internationale band, want enkele bandleden komen uit Ierland, één uit Portugal en enkelen uit Manchester zelf en in dit nummer hoor ik de band een schitterend hypnotiserend nummer spelen, dat gevolgd wordt door "Multiverse Hypnosis" van Blown Out, een rock band uit Newcastle-Upon-Tyne, Engeland, die eveneens een fantastisch stukje hypnotiserende muziek ten gehore brengt. (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Daarna krijg ik Haikai No Ku uit Newcastle-Upon-Tyne, Engeland, te horen met "Looper" een vrij zwaar, maar geweldig, klinkend stuk hypnotiserende stonerrock, dat binnenkort op cassette verschijnt en ook "Destroy" van de band Luminous Bodies, uit Londen, is een nieuw nummer, dat op 12" vinyl uitgebracht gaat worden en hierin hoor ik de band een lekkere heftige punk song spelen.
Dan volgt Foot Hair uit Newcastle-Upon-Tyne, Engeland, met "King Of Scum" van de gelijknamige 12" vinyl LP, die in juli 2015 verschenen is en hierin krijg ik een progressieve mix van noise en hardcore punk te horen, die gevolgd wordt door "Black Spots" van Queer'd Science, een internationale band, waarvan de leden uit Stockholm (Zweden), Colwyn Bay (USA) en Burnley (UK) komen en in Manchester, Engeland hun basis hebben, waarin ik een eentonige elektro punk song te horen krijg met teksten, die de microfoon in geschreeuwd worden, maar desondanks een swingend geheel op leveren.
De volgende band, die ik te horen krijg heet Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs, die uit Newcastle-Upon- Tyne, Engeland komt en het nummer "Psychopomp Pt. II" ten gehore brengt, waarin ik een schitterende hypnotiserende stonerrock song te horen krijg, die in een rustig tempo begint en langzaam naar een climax
wordt gebracht, waarbij de muziek steeds heftiger wordt.
Vervolgens hoor ik Gnod met het vervolg van "Abstehen Pt. I", getiteld "Abstehen Pt. II", waarin de band verder gaat met het maken van hun hypnotiserende rock, die spacerock invloeden bevat, waarna ik opnieuw een band uit Newcastle-Upon-Tyne, Engeland, te horen krijg, genaamd Beauty Pageant, die me het nummer
"Jocks" voorschotelt en hierin hoor ik een heerlijke heftige mix van punk, avant-garde en noise.
Ook Richard Dawson komt uit Newcastle-Upon-Tyne en zijn bijdrage aan deze verzamel CD is de alternatieve versie van "Wooden Bag" en hierin krijg ik een enigszins overstuurde song te horen, die lichtelijk chaotisch op me over komt en gevolgd wordt door "Pulsars In The Marrow" van Waskerley Way, de uitlaatklep van de uit Newcastle, Engeland, afkomstige tekstschrijver, producer en beeldhouwer Michael Philip Bridgewater, die me een vrij experimentele psychedelische song horen, waarin hij me mee neemt in een heerlijke psychedelische trip.
Daarna hoor ik Khünnt uit Newcastle een zwaar en traag stonerrock nummer spelen, getiteld "The Watcher", waarna ik het tweede nummer van Haikai No Ku te horen krijg, dat "Unbroken Reign Of The Violet Yagyu" heet en in dit nummer laat de band me genieten van een zwaar stonerrock nummer, dat lichte psychedelische en progressieve rock invloeden bevat.
Het volgende nummer heet "Bong Lives" en komt van de band Bong uit Newcastle, die me een fantastische mix van psychedelische muziek, doom en zware stonerrock voorzet, die in een hypnotiserend ritme gespeeld wordt, waarmee de band me in een lichte trance brengt en me bijna 18 minuten in de ban van hun muziek weet te houden, waarna het laatste nummer, "Furtive Traits" volgt, dat Joseph Curwen uit Newcastle exclusief voor deze compilatie CD maakte en dit 11 minuten durende schitterende elektro pop nummer, dat een hypnotiserend ritme bevat, swingt als een trein en sluit de CD op gepaste wijze af.

Matt Baty van Box Records heeft met "Vol. 1" een uitstekende compilatie samengesteld, die vol staat met geweldige muziek, die zeer divers te noemen is en een aanrader voor elke liefhebber van zowel Stonerrock, alsmede Punk, Elektro en Psychedelische Muziek.