maandag 28 april 2014

Review: Les Rivals - Les Rivals (Casbah Records, 2014) (Garagerock)

Les Rivals is een band uit Parijs, Frankrijk, die bestaat uit: Matthew Lister - zang, Hervé Lefèvre - sologitaar, Samuel Levasseur - basgitaar, Clément Hering - orgel en zang en Dom Karsenti - drums.
De band bracht in augustus 2010 hun debuut single "Take You Out" / "Girls"  via Close Up Records uit, die vooraf werd gegaan door de demo "We Did It To Ourselfs" / "The Gutter" / "Who Are You?" en gevolgd werd door de single "SugarBabies" / "Fruitcake",  die in november 2012 via het Mauvaise Foi Records label uit kwam.
De opnamen voor hun eerste LP begonnen in het voorjaar van 2013 en duurden tot de zomer van dat jaar, waarna Casbah Records het album, dat alleen op vinyl te koop is, in april 2014, uitbracht.
Aan de LP werkt een scala van gastmuzikanten mee, waaronder: Géraldien Chemin - dwarsfluit, Marielle Chatain - saxofoon, Olivier Mislet - trompet, Nelson Silva - trombone, Kik - mondharmonica, Mathieu Karsenti - percussie, Léo Poumay - sitar en Margot - hobo.

Het album "Les Rivals" bevat 11 nummers, waarvan "Police Station" de eerste is en hierin hoor ik de band een schitterende uptempo psychedelische garagerock song spelen, die invloeden kent van het Rolling Stones album "Their Satanic Majesties Request".
Daarna krijg ik "Falling From The Shelter" te horen, waarin de band een uistekende beat song ten gehore brengt, waarin ook garagerock invloeden in zitten.
Dan hoor ik "Glory Days", een heerlijke swingende pop song, waarin de muziek me lichtelijk aan die van The Stranglers doet denken, waarna ik "Hole In My Heart" te horen krijg, dat met een startende brommer begint en ook in deze fantastische snelle punkrock song laat de band me vermoeden, sterk door de muziek van The Stranglers beïnvloed te zijn.
Ook invloeden uit de blues zijn te horen en wel in "In My Bed", waar verder garagerock en psychedelische muziek in te horen is en in "Take Me For A Ride" laat de band me genieten van een geweldige licht psychedelische pop song, waarin subtiel gebruik is gemaakt van de sitar en hier naar luisterend hoor ik ook de invloed van The Beatles in de muziek terug. (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Kant 2 begint met "She Don't Care", waarin de band verder gaat met het spelen van heerlijke swingende pop muziek met sixties invloeden en in "Sunshine" krijg ik een vrij commercieel klinkende pop song te horen, die tot dansen aan zet en in dit nummer wordt gebruik gemaakt van een blazerssectie.
Vervolgens hoor ik de band een lekker klinkende pop song spelen, waarin licht psychedelische en progressieve rock invloeden in zitten, getiteld "The Park".
"Pretty Music" klinkt me, zoals de titel al doet vermoeden, als prettige muziek in mijn oren en hier hoor ik de band een schitterende mix van pop en garagerock in een swingend jasje spelen.
Het laatste nummer van de LP heet "Halfway There" en hierin keert de band terug naar het psychedelische spel van de A-kant en in dit nummer krijg ik een waanzinnig goede licht hypnotiserende psychedelische pop song te horen, waarmee de band me volledig in de ban van hun muziek weet te krijgen.

De debuut LP van The Rivals staat vol fantastische songs, waarin de band zich vooral door de muziek van de jaren 60 bands heeft laten beïnvloeden en ik kan iedere liefhebber van dit genre dan ook aanraden, dit album eens te gaan beluisteren, om tot dezelfde conclusie te komen als ik: Schitterend!




Review: Tor-Peders - Brev Fran Ederstorp (Fruits De Mer, 2014) (Progressieve Rock)

Tor-Peders is een band uit Ederstorp, Zweden, die rond 2007 werd opgericht en bestaat uit: Jonas Redmo - sologitaar, Tobias Resch - basgitaar, Kg West - orgel en Johan Efraimsson - drums.
De band, die onder de naam TorPeders Kapell optrad, liet zich muzikaal beïnvloeden door onder andere: Kebnekajse, Link Wray, The Ventures, Santana, George Martin, The Who, Davie Allan & The Arrows en andere bands, nam in 2008 hun debuut single op, die via het eigen Mandarin label werd uitgebracht.
Nadat Johan Efraimsson de band had verlaten en vervangen werd door Johan Svedmyr, leidde dat tot het schrijven van meer nummers, die de band in het voorjaar van 2011 in de repetitie ruimte van Brev Fran Ederstorp verder uitwerkte.
Helaas zouden de nummers toen niet verschijnen, want in augustus 2011 kwam Jonas Redmo om het leven, doordat hij werd doodgereden tijdens het oversteken van de weg.
De resterende bandleden besloten de LP niet uit te brengen, ondanks het feit, dat Jonas enkele weken voor zijn overlijden contact daar over had gehad met Keith van Fruits De Mer Records.
Doordat Keith opnieuw in contact kwam met Johan Svedmyr kwam het balletje echter weer aan het rollen en er werd alsnog besloten de LP inclusief een 7" bonus single uit te brengen in een gelimiteerde oplage, die op doorzichtig vinyl is geperst.

De LP bevat 6 instrumentale nummers, waarvan de eerste "Aye Makami" heet en hierin hoor ik de band in een vrij hoog tempo een heerlijk stukje surf spelen, dat gemengd met progressieve symfonische rock een schitterende mix op levert.
Het volgende nummer heet "Tema Ett (Theme One)" en ook nu krijg ik een lekker in het gehoor klinkend stuk symfonische rock te horen, waarin enkele bekende klanken zitten, onder andere een stukje van "See Me Feel Me" van The Who. (luister naar het grootste gedeelte van dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Daarna schotelt de band me "Smafaglars Varn" voor, waarin de bad een fantastisch licht psychedelisch progressief rock nummer speelt, dat gevolgd wordt door "Islossning I C-Moll" en daarin laat Tor-Peders me een swingend progressief rock nummer horen, waarbij het onmogelijk is stil te blijven zitten.
Dan hoor ik het langste nummer van de LP, getiteld "Incident Vid Domsted", dat bijna 11 minuten duurt, een licht hypnotiserend ritme bevat, in een gemiddeld tempo gespeeld wordt en uiterst psychedelisch klinkt.
Vervolgens krijg ik het laatste nummer van het album te horen: "Sinnet Rinner" en hierin laat de band me opnieuw genieten van een geweldig lekker klinkend progressief rock nummer, dat tegen het einde toe experimenteel wordt.
De A-kant van de single heet "Signed Tp" en daarin hoor ik een uitstekend progressief rock nummer in een vrij rustig tempo gespeeld worden, dat aan het einde een stukje heftiger wordt.
"L'esprit D'escaliere" is de achterkant hiervan en ook dit is een schitterend stukje progressieve rock, dat in een niet al te hoog tempo gespeeld wordt en me doet denken aan de muziek van begin jaren 70, zoals die toen door de progressieve rock bands gespeeld werd.

Ik vind de LP plus de single van Tor-Peders een genot om naar te luisteren en kan deze daarom van harte aanraden aan iedere liefhebber van progressieve rock.




Review: Three Dimensional Tanx - I Am Go (Sunstone Records, 2014) (Psychedelische Garagerock)

Three Dimensional Tanx, die na enkele bezettingswisselingen bestaat uit: Spacey, Loz, Sean, Richard en Pete, komt uit Lancaster en Manchester, Engeland en werd in 2004 opgericht.
De band speelde in die 10 jaar na oprichting onder andere met White Hills, Gnod, The Cosmic Dead, Lucid Dreams, Helicon, Trembling Bells en andere Britse psychedelische bands en als begeleidings-band van krautrock legende Damo Suzuki, maar ook trad de band op met Linder tijdens Tate Britain en speelde op dekunst expositie van Spaceman 3.
Hun single "I Am Go", uit 2014, is in een beperkte oplage van 300 stuks op 7" vinyl uitgebracht door het Sunstone Records label en daarvan worden er 150 tijdens optredens verkocht.

De A-kant "I Am Go" is een, 2 minuten durende, heerlijk klinkende psychedelische garagerock song, die in een hoog tempo gespeeld wordt, waarbij het psychedelische effect door het orgel gecreëerd wordt. (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
De andere kant van de single heet "Loose Id Syd" en hierin hoor ik de band een fantastische swingende uptempo garagerock song spelen, die me lichtelijk aan bands als The MC5 en The Stooges doet denken en net als de A-kant lekker psychedelisch klinkt.

Three Dimensional Tanx heeft me met de single "I Am Go" volledig weten te overtuigen van hun muzikale talent en ik kijk dan ook reikhalzend uit naar een album van deze geweldige band.




maandag 21 april 2014

Review: Qoph - Glancing Madly Backwards (Transubstans, 2014) (Progressieve Rock)

Qoph begon eind jaren 90 als een van de pioniers van de Zweedse stoner rock scene, waarbij hun optredens, die "Psychedelic Evenings" werden genoemd, in de legendarische Studion te Stockholm keer op keer uitverkocht waren.
In 1998 bracht de band hun debuut CD "Kalejdoskopiska Aktiviteter" via het Record Heaven label uit, die, ondanks dat de teksten in het Zweeds gezongen werden, internationale erkenning voor de band opleverde.
Nadat de band in 2000 de EP "Än Lyser Mänen" begon Qoph hun teksten in het Engels te schrijven en een heavier geluid te produceren.
Op hun in 2004 uitgebrachte CD "Pyrola", die alleen in Zweden, Duitsland en Japan verscheen, speelden diverse gast muzikanten mee, zoals Mats Öberg (Mats/Morgan), Nicklas Barker (Anekdoten) en Joakim Svalberg (Opeth, Yngwie Malmsteen).
Na een stilte van 8 jaar, waarin alleen op festivals in Europa en Amerika werd opgetreden, bracht de band, die bestaat uit: Rustan Geschwind - zang, Filip Norman - sologitaar, Patrik Persson - basgitaar en Federico De Costa - drums, in 2012 hun derde volledige CD uit, getiteld "Freaks", waarop 9 Engelstalige nummers staan.
Hun nieuwe album "Glancing Madly Backwards", dat via het Transubstans label uitgebracht is, bestaat uit een verzameling van alternatieve versies en onuitgebrachte nummers uit de periode 1998-2013.

Van de 10 nummers, die op het album staan: is "Resh" de eerste en hierin hoor ik de band een heerlijk swingende rock song spelen, die gevolgd wordt door "Metamorphosis", waarin de band me een lekker in het gehoor klinkend instrumentaal rock nummer voorschotelt, waarin ook lichte blues invloeden zitten.
In "Anticipations" laat Qoph me een geweldige progressieve rock song horen, met wisselende tempo's die swingt en in "Will The Sun Be Back Tomorrow" hoor ik eveneens een fantastisch stukje progressieve rock met enkele prima tempowisselingen.
Het langste nummer van het album, dat bijna 19 minuten duurt, heet "Kalejdoskopska Aktiviteter" en daarin laat de band me genieten van een schitterend progressief instrumentaal rock nummer, waarin invloeden uit jazz en wisselende tempo's en ritmes zitten en dit nummer behoort tot één van de beste progressieve rock nummers, die ik ken.
Daarna volgt "Rastlös", een heftige hardrock song, die een aanstekelijk ritme bevat en gevolgd wordt door "Herr Qophs Villfarelser", dat een rustig begin heeft, dat over gaat in een gemiddeld tempo met een licht hypnotiserend ritme.
Met "Dansar Galet Bakât", een cover van "Dancing Madly Backwards" van Captain Beyond,  laat de band me een heerlijke swingende mix van jazz, progressieve rock en hardrock horen (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie) en "Ögonblick" is een progressieve rock song met diverse tempowisselingen, waarin opnieuw jazz invloeden zitten, maar ook zijn invloeden uit de blues en psychedelische rock hoorbaar.
Het laatste nummer van het album heet "Förförande Rädsla" en daarin hoor ik de band met een stukje jazz beginnen in een langzaam tempo, waarna Qoph al snel overschakelt naar een stevige progressieve rock song, waarin ook de jazz is verweven en doordat daar enkele uitstekende tempowisselingen in zitten, weet de band de muziek tot het einde toe lekker spannend te houden.

Ik vind "Glancing Madly Backwards" een schitterende CD, die het beste van Qoph laat horen en deze is het aanschaffen meer dan waard, een dikke aanrader dus.




Review: Tír Na Nóg - I Have Known Love (Fruits De Mer, 2014) (Folk)

De band Tír Na Nóg (land van eeuwige jeugd) ontstond in 1969 te Dublin, Ierland, toen het duo Sonny Condell - gitaar en Leo O'Kelly - gitaar ging samen spelen.
Na enige tijd samen gespeeld te hebben ging het duo de studio in om diverse eigen songs plus enkele covers van onder andere Donovan, Bob Dylan, Leonard Cohen en Simon And Garfunkel, als hun demo op te nemen.
Ook speelden ze deze nummers live, maar het zou tot 1999 duren voordat deze te horen waren via de CD "In The Morning".
In mei 1970 kwamen Sonny en Leo in Londen terecht, waar ze bij een vriendin onderdak vonden en een opname technicus vonden, die hen gratis gebruik liet maken van de West End jingle studio om een nieuwe demo op te nemen.
Ze gingen met hun nieuwe demo naar Island Records, maar die weigerde de band een contract, waarna ze bij het Chrysalis label meer succes hadden.
Chrysalis bood ze, na het zien van het duo (imago speelde ook een grote rol) en beluisteren van hun muziek, onmiddellijk een contract aan.
Tír Na Nóg begon in folk clubs in Londen op te treden, waar ze al snel een gedegen reputatie op bouwden, terwijl Chrysalis grotere concerten  rond Groot Brittannië en in het buitenland voor ze organiseerde.
In oktober dat jaar speelden ze in the Royal Albert Hall met Jethro Tull, als deel van een Britse en Europese tournee en ook verscheen dat jaar hun debuut single "I'm Happy To Be (On This Mountain)" / "Let My Love Grow" via het Chryslais label, die in de onderste regionen van de hitparade terecht kwam.
Het duo speelde in de jaren er na onder andere met Richard and Linda Thompson, Supertramp, Jasper Carrott, Procul Harum, The Who, The Velvet Underground, Hawkwind, Elton John, Roxy Music, T.Rex en Cat Stevens, om er maar enkelen te noemen.
Vervolgens verscheen het nummer "Our Love Will Not Decay" op de 2LP "El Pea", die via Island Records verscheen met daarop verder nog Jethro Tull, Nick Drake, Traffic, Emerson, Lake & Palmer, The Incredible String Band, Cat Stevens, Fairport Connvention en anderen. 
Enkele maanden later bracht Chrysalis het eerste album van Tír Na Nóg met gelijknamige titel uit, die in de Livingstone Studios te Barnet was opgenomen en geproduceerd was door de legendarische folk producer Bill Leader.
Melody Maker was zo verrukt door de muziek van de band, dat ze het tot album van de maand bombardeerden, waarna diverse radio stations hen uitnodigden.
Daaronder waren optredens bij John Peel en Alan Freeman, maar ook bij Bob Harris en Kid Jensen.
Sonny en Leo gingen opnieuw de studios in om nieuw materiaal op te nemen en deze keer deden ze dat in de Morgan Studios te Willesden, waar ze Paul McCartney tegen het lijf liepen, die in dezelfde studio's bezig was met de opnamen van een Wings LP en ook Cat Stevens, waar ze recentelijk mee hadden getoerd, was daar bezig zijn album "Catch Bull at Four" op te nemen.
Het duo nam hun LP "A Tear and a Smile" op, die in 1972 uitgebracht werd, met behulp van Larry Steele en Barry De Souza, die de aanvullende instrumenten bespeelden en in 1972 verschenen ook de singles "Bluebottle Stew" / "Come and See the Show" en "The Lady I Love" / "Heidi".
Hun derde album "Strong in the Sun", die door Procul Harum organist Matthew Fisher was geproduceerd, verscheen in 1973, evenals hun volgende single "Strong in the Sun" / "The Mountain and I".
Het was de bedoeling dat Paul McCartney hun nieuwe single "Spotlight", waarop Mike Giles drums speelde, zou gaan producen, maar deze werd nooit uitgebracht.
Nadat hun label Chrysalis de band in 1974 onverschillig behandelde, keerden Sonny en Leo terug naar Ierland, waar ieder zijn eigen weg ging en de band dus ophield te bestaan.
In 1985 werd de band opnieuw opgericht en kwam de single "Love Is Like a Violin" / "Daisy Lady" via hun eigen Tír Na Nóg label uit.
Daarna verschenen de live albums "Hibernian" (2000) een live optreden te Birmingham uit 1995, "Spotlight" (2001) met nummers van de originele John Peel radio sessies uit 1972/1973 en "Live at Sirius" (2010) opgenomen in de Sirius Arts Centre in Cobh te Cork, maar ook verscheen de dubbel LP "A Tear and a Smile" / "Strong in the Sun" in 2004 op de markt.
Het Fruits De Mer label brengt op 31 mei 2014 hun nieuwste uitgave op de markt in de vorm van een 7" EP, die in een gelimiteerde oplage op gekleurd vinyl zal verschijnen.

De EP bevat 4 songs, die speciaal voor de uitgave opgenomen zijn en daarvan is "I Have Known Love", een cover van een nummer van Silver Apples, de eerste.
Het nummer is een lekker in het gehoor klinkende folk song, waarin een sterke melodielijn zit en een uitstekende samenzang bevat.
Het volgende nummer heet "You In Yellow" en hierin laat het duo me een schitterende rustige folk song horen, geschreven door Sonny, waarin het subtiele vioolspel een hoofdrol heeft en deze wordt gevolgd door het eveneens door Sonny geschreven "The Angelus", waarin de band een fantastisch klinkende folk song speelt met een licht hypnotiserend ritme en meerstemmige zang en ook in deze song speelt de viool een belangrijke rol.
Daarna krijg ik "I Pick Up Birds" te horen, een door Leo geschreven song, die over een ware gebeurtenis gaat en ook dit is een lekker in het gehoor klinkende song, waarin een aanstekelijk ritme zit.
De promo bevat nog een door Sonny in zijn jeugd geschreven song, die niet op de EP paste, getiteld "Andrea" en hierin hoor ik sterke zang gecombineerd met prima gitaarspel, waarin een licht Zuid Amerikaans ritme zit. (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)

De EP "I Have Known Love" is voor mij een welkome hernieuwde kennismaking met Tír Na Nóg waarbij de songs van de EP als van ouds klinken, oftewel prachtig en zijn aan te raden aan elke liefhebber van zowel singer/songwriter als folk muziek.




Review: La Piramide Di Sangue - Sette (Boring Machine Records / Sounds Of Cobra, 2014) (Psychedelische Rock)

La Piramide Di Sangue is een muziek ensemble uit Turijn, Italië, dat ontstaan is na het uitbrengen van de eerste solocassette van klarinet speler, percussionist Gianni Giublena Rosacroce, die een mix maakte van midden oosterse muziek en mediterraanse folklore.
De muziek van de band, die tegenwoordig uit 7 mensen bestaat, wordt gespeeld op twee gitaren, twee basgitaren, een klarinet, een synthesizer, diverse effecten, drums en percussie.
De band bracht in juli 2012 hun LP "Tebe" via het Turijnse Boring Machine Records label in samenwerking met het Sound Of Cobra label uit Berlijn, in een gelimiteerde oplage van 500 stuks rood vinyl uit, gevolgd in dat zelfde jaar door een tweede persing, die in een oplage van 200 stuks op zwart vinyl verscheen.
Hun nieuwe LP "Sette" is opnieuw een samenwerkings-project tussen Sound Of Cobra en Boring Machine Records geworden en is in april 2014 verschenen in een gelimiteerde editie van 600 exemplaren, die op 180 gram vinyl geperst zijn. (luister naar de teaser van dit album via de youtube link onder de recensie)

"Sette" bevat 7 nummers, waarvan de eerste "Baciati Dall' Acido" heet en hierin krijg ik een heerlijke instrumentale mix voorgeschoteld van Arabische drones, psychedelische rock en elektrische akoestische folk, die een hypnotiserend ritme bevat, waardoor ik al snel in een lichte trance kom, totdat de band plotseling een sneller tempo gaat spelen en de muziek heftiger wordt.
Het volgende nummer heet "Jetem" en hierin laat de band me genieten van een mix van spacerock, psychedelische rock en Arabische drones, die in een vrij hoog tempo gespeeld wordt en gevolgd wordt door "Non E' Mia E' Non Di Dio", waarin ik de band een geweldig swingend hypnotiserend psychedelisch instrumentaal rock nummer hoor spelen.
In "Aperti Alle Sette" schotelt de band me opnieuw een fantastisch swingend psychedelisch rock nummer voor, waarin folk invloeden de overhand hebben en het onmogelijk is om niet met de muziek mee te bewegen.
"Reggio Galassia" begint met mysterieuze spirituele Oosterse klanken, die me doen denken aan "Sprookjes van 1000 en 1 nacht" en "Ali Baba en de 40 rovers" en vergezeld gaan van een hypnotiserend drums ritme, waardoor ik wederom in een trance kom, totdat de band besluit om het roer om te gooien en een stuk experimenteler te gaan spelen, om vervolgens terug te keren naar het hypnotiserende ritme.
Daarna hoor ik "Esoterica Porta Palazzo", waarin de band een schitterende mix maakt van Arabische drones en psychedelische rock, die me ook nu weer aan zet met de muziek mee te bewegen en me in een lichte trance brengt.
Het laatste nummer van de LP heet "La Guerra Non Finira'" en hierin krijg ik een geweldig psychedelisch rock nummer te horen, dat een dansbaar ritme heeft en enkele uitstekende tempowisselingen bevat, waarmee de band me van begin tot eind in de greep heeft.

De LP "Sette" van La Piramide Di Sangue is een genot om te beluisteren en staat vol fantastische psychedelische hypnotiserende muziek, die elke liefhebber van psychedelische muziek minstens één keer beluisterd moet hebben, om tot dezelfde conclusie te komen als ik en ik kan iedereen deze schitterende plaat dan dus ook van harte aan bevelen.




Review: Balduin - The Glamour Forest EP (Sunstone Records, 2013) (Psychedelische Pop)

Balduin werd in december 1978 te Bern, Zwitserland geboren, schreef als 8 jarige zijn eerste song, is multi-instrumentalist en besloot als één-man's band op te treden onder de naam Creative Cookery .
Hij brengt zijn muziek (LP's en EP's) sinds 2001 uit via diverse labels, zoals Crippled Dick Hot Wax, Everest Records, Buro Destruct en via zijn eigen Balduin label.
Zijn nieuwe plaat "The Glamour Forest EP", die via Sunstone Records uitgebracht werd, is zijn dertiende uitgave en de opvolger van de in 2012 verschenen single "My Love Soon".

De 45 toeren vinyl EP, die in een gelimiteerde oplage van 300 stuks is verschenen, bevat 4 songs, waarvan "Mirror Mirror" de eerste is en hierin krijg ik een schitterende vrolijke uptempo psychedelische pop song te horen, die me doet denken aan de muziek Big Boy Pete uit Engeland, die in de jaren 60 en 70 actief was. (luister naar een gedeelte van dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Het tweede nummer van de A-kant heet "Hole In The Sky" en hierin krijg ik opnieuw een fantastische psychedelische pop song te horen, waarin Balduin me mee terug naar de jaren 60 neemt.
Kant B start met "Jabberwock", een geweldige psychedelische pop song, waar ik met volle teugen van geniet en als ik niet beter wist, zou ik denken naar onuitgebracht psychedelisch materiaal van Pete Miller, alias Big Boy Pete uit Norwich, Engeland, te luisteren.
Het laatste nummer van de EP heet "Waves Stars and Moon" en dit is een prachtige rustige licht psychedelische pop song met schitterende zang, waarmee de plaat op waardige wijze wordt afgesloten.
"The Glamour Forest EP" van Balduin bevat 4 songs van grote klasse, die ik iedere liefhebber van psychedelische en zestiger jaren muziek van harte kan aanraden.




maandag 14 april 2014

Review: Lords Of Thyme - Proud Maisre (Sunstone Records, 2014) (Folk)

The Lords Of Thyme uit het zuiden van de Engelse Midlanden, werden in 2013 door Joe Woolley, Tali Trow en Pat Kenneally opgericht en dit trio nam enkele songs op, waarna folk zangeres Michelle Griffiths uit Londen zich bij de band voegde.
Ook werd er meer materiaal geschreven en ging de band in deze formatie live optreden en maakte de single "Proud Maisre" / "If I Was A Bird".
Deze 7" single is in een beperkte oplage van 300 stuks zwaar zwart vinyl via het Sunstone Records label verschenen en werd gemixt door John Wood, die onder andere met Nick Drake, Fairport Convention en John Martyn werkte.

De A-kant "Proud Maisre" is een schitterende folk song, die in een rustig tempo gespeeld wordt, psychedelische invloeden bevat en me aan de muziek van Fairport Convention doet denken. (luister naar dit nummer via de soundcloud link onder de recensie)
De achterkant van dit nummer heet "If I Was A Bird" en hierin hoor ik de band, in een gemiddeld tempo, een lekker in het gehoor klinkende pop song spelen.

Ik vind dat de single "Proud Maisre" van Lords Of Thyme twee uitstekende songs bevat, die folk liefhebbers zeker zullen waarderen.





https://soundcloud.com/the-lords-of-thyme/proud-maisre?utm_source=soundcloud&utm_campaign=share&utm_medium=email

Review: Three Seasons - Grow (Transubstans, 2014) (Hardrock)

De Zweedse band Three Seasons werd halverwege 2009 opgericht door Sartez Faraj - sologitaar en zang (Siena Root), Olle Risberg - basgitaar (Mouth Of Clay) en Christian Eriksson - drums.
Hun muzikale voorkeuren komen van bands, die eind jaren 60, begin jaren 70 actief waren met invloeden uit de psychedelica en bluesrock.
De band kreeg een contract bij het Zweedse Transubstans label en bracht in 2011 hun debuut CD "Life's Road" uit, dat in de nationale top 50 van hun thuisland terecht kwam en ook verscheen het album in een gelimiteerde editie via het Russische MALS label.
Vervolgens kwam er in december 2011 een single van de band uit, getiteld "Escape", die goed ontvangen werd door de critici en luisteraars en niet op album verscheen.
In 2012 verscheen hun nieuwe CD "Understand The World" via Transubstans met daarop 8 vrij lange nummers, waarmee de band opnieuw veel lof oogstte en in dat zelfde jaar werden beide albums op vinyl uitgebracht door het Nederlandse Head Spin label van Clear Spot, waarna Three Seasons in het voorjaar van 2013 een tournee door Europa maakte om hun album te promoten en na het einde van de tournee begon de band met de opnamen voor hun volgende album.

Hun derde album "Grow", dat, in 2014, door het Transubstans label is uitgebracht, bevat 8 nummers, waarvan "Which Way" de eerste is.
Hierin laat de band me een heerlijke hardrock song horen, waarin ik het idee krijg naar de muziek van Paul Rodgers (Bad Company, Free) te zitten luisteren, omdat de stem van Faraj die van Rodgers sterk benadert.
Het volgende nummer heet "Drowning" en dit is een lekkere stevige rock song, die een swingend ritme bevat en in uptempo gespeeld wordt (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie), waarna ik "By The Book" hoor, een vrij commerciële rock song, waarin een aanstekelijk ritme zit, dat het mij onmogelijk maakt stil te blijven zitten.
Daarna hoor ik "Tablas Of Bahar" een fantastisch swingend instrumentaal stukje rock muziek, waarin enkel uitstekende tempowisselingen zitten en in "Food For The Day" hoor, laat de band me een heerlijke commerciële hardrock song te horen, waarin de band opnieuw een swingend nummer speelt.
"No Shame" start in een rustig tempo, waarin de band een terug komend ritme speelt en daarna de song langzaam opvoert, waarbij de zang in de stijl van Paul Rodgers zit, terwijl de muziek richting Deep Purple gaat, waardoor ik een schitterend nummer te horen krijg.
Met "Home Is Waiting" hoor ik weer een lekker in het gehoor klinkende swingende hardrock song en met "Familiar Song" laat de band me genieten van een bijna 10 minuten durende progressieve hardrock song met diverse prima tempowisselingen en dit vind ik ongetwijfeld het beste nummer van het album.

"Grow", dat vol staat met heerlijke hardrock songs, is een waardige opvolger van "Understand The World" geworden en een aanrader van de bovenste plank voor iedere liefhebber van dit genre.




Review: Öresund Space Collective - Damo Suzuki Moder Öresund Space Collective (Space Rock Productions, 2014) (Spacerock)

Öresund Space Collective is een sinds 2004 actieve spacerock band uit Zuid Zweden en Öresund, Denemarken, die uit ongeveer 20 muzikanten bestaat en een muzikale mix maakt van improvisaties, funk, reggae, jazz en spacerock. 
Leidende kracht achter de band is Scott Heller, alias Dr. Space, een Amerikaan, die naar Denemarken verhuisde.
De band is een kollektief, dat regelmatig van bezetting wisselt, waarvan de leden hoofdzakelijk uit Kopenhagen, Denemarken en Malmö, Zweden komen en de vaste kern bestaat uit Scott Heller - synthesizer en Mogens - synthesizer.
Op de triple LP "Damo Suzuki Moder Öresund Space Collective" bestaat de band uit: de legendarische Damo Suzuki (Can) - zang, Nick (The Univerzals) - sologitaar, Niklas (Papir) - sologitaar, Mikael (SKL, Agusa) - sologitaar, Pär (Sgt.Sunshine, Carpet Nights) - basgitaar, Birk- drums, Dr.Space - synthesizer en keyboards, Mogens - synthesizer en keyboards en Rasmus - synthesizer en keyboards.
De 3LP, die 14 februari 2013 in The Dragens Hule te Öresund live opgenomen werd, bevat het hele concert en wordt in een oplage van 500 stuks op vinyl uitgebracht, waarvan er 100 op gekleurd vinyl verschijnen en 400 op zwart vinyl, waarbij de klaphoezen met de hand genummerd zijn. 

De 3LP bevat 6 lange nummers en het bijna 24 minuten durende "Damo's Forste OSC Flyvtur" (kant A) is daar de eerste van.
Het nummer begint met ruimtelijke synthesizer klanken en de stem van Damo, waar flink wat echo op zit, waarna de band langzaam in valt, zodat er een vrij experimenteel geheel ontstaat.
Daarna hoor ik de band in een licht hypnotiserend ritme beginnen spelen, terwijl de eentonige zang van Damo er uitstekend in mee gaat en na enkele prima tempowisselingen wordt het nummer steeds heftiger, om na een nieuwe tempowisseling langzaam uit te doven.
Kant B, die slechts 14 minuten duurt, heet "Energisk Reaktion 1" en hierin hoor ik de band in een funky ritme starten, maar halverwege het nummer gaat de muziek voorzichtig de spacerock kant op, om vervolgens verder te gaan in een hypnotiserende mix van spacerock, progressieve rock en funk.
Kant C vervolgt met "Energisk Reaktion 2", waarin de band met het vorige nummer verder gaat en ook nu laat de band me genieten van een hypnotiserende stukje muziek, waarin de eentonige zang van Damo Suzuki volledig tot zijn recht komt en mede bepalend is voor de muziek, die naar het einde toe experimenteler wordt. (luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Op kant D laat de band me "Jeg Kan Ikke Vokse Op" horen, een nummer met een rustig begin, waarin de zang van Suzuki weer veel echo bevat, dat naarmate het vordert iets meer tempo krijgt, waarbij het ritme aanstekelijk klinkt en aanzet tot meebewegen.
Het volgende nummer heet "Dit Glimtende Oje" en daarin krijg ik opnieuw zo'n licht hypnotiserend stukje muziek te horen, waarbij het tempo niet al te hoog ligt, maar de band een heerlijk nummer speelt in een lekker swingend ritme, waarvan ik onmogelijk stil kan blijven zitten.
Het laatste nummer heet "Datid, Nutid, Og Fremtid" en hierin gaat de band verder op de ingeslagen weg, dat wil zeggen, met het maken van lekker in het gehoor klinkende muziek, dat in een gemiddeld tempo gespeeld wordt, waarin enkele tempowisselingen en lichte spacerock invloeden zitten.

De triple LP "Damo Suzuki Moder Öresund Space Collective" bevat één grote lange trip, waaruit ontsnappen onmogelijk is en ik vind het album dan ook een aanrader voor iedere liefhebber van progressieve hypnotiserende muziek.




maandag 7 april 2014

Review: Syndone - Odysséas (Fading Records) (Symfonische Rock)

Syndone uit Torino heeft een nieuwe CD gemaakt, getiteld "Odysséas" als opvolger van "La Bella È La Bestia" uit 2012, "Melapesante" (2011), "Inca" (1993) en "Spleen" (1992).
Drijvende kracht achter de band is Nico Comoglio, beter bekend als Nik, die eigenlijk architect als beroep gekozen had, maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan en hij werd dus muzikant.
Nik kreeg privé pianoles bij Roberto Musto en leerde composities maken bij Aldo Sardo  en dat dit zijn vruchten afgeworpen heeft is te horen in de complexe muziek, die hij met zijn band Syndone maakt, waar hij allerlei toetsen instrumenten bespeelt, zoals: piano, Hammond orgel, minimoog, pijporgel en alle keyboards.
Over het vormen van de band Syndone deed hij drie jaar (van 1990-1993), voor hij de juiste mensen bij elkaar had.
Nadat de band 2 CD's in 1992 en 1993 had gemaakt, zag het er lange tijd naar uit, dat hij solo verder ging, want hij maakte diverse solo CD's, maar in 2011 was hij opeens terug met een nieuwe CD van de band Syndone, die verder bestaat uit: Francesco Pinetti - vibrafoon, marimba, klokkenspel en bellen en Riccardo Ruggeri - zang en teksten.
Op de CD "Odysséas" speelt er een scala aan gastmuzikanten mee, waaronder: Marco Minneman - drums en Federico Marchesano - basgitaar, maar ook een strijkers en blazers sectie.
Syndone vertelt met deze nieuwe CD het verhaal van de reizen van Odyssee, dat in 13 eigen geschreven nummers ten gehore gebracht wordt.

De CD start met het instrumentale "Invocazione Alla Musa" (Invocatio To The Muse), een schitterend symfonisch nummer, waarin ik de band een technisch hoogstaand stukje muziek hoor spelen in een vrij hoog tempo, dat zeer afwisselend klinkt.
Daarna gaat de band verder met "Il Tempo Che Non Ho" (The Time I Do Not Have), een prachtige rustige song, waarin de muziek hoofdzakelijk op akoestische gitaar gespeeld is en begeleid wordt door orkestrale klanken, waardoor een fantastisch geheel ontstaat.
Dan hoor ik "Focus" en hierin laat de band me genieten van een heftig gezongen symfonische rock song, die swingt, jazz invloeden kent en enkele prima tempowisselingen bevat, gevolgd door "Penelope", een geweldig mooie rustige song, waarin de zang ingetogen klinkt en de piano de hoofdrol in dit nummer speelt.
Vervolgens krijg ik het instrumentale "Circe" te horen en hierin laat de band me opnieuw een uptempo symfonisch rock nummer horen, waarin ook lichte jazz invloeden hoorbaar zijn en dit nummer krijgt een vervolg in "Ade", waarin de band de song in een rustige tempo inzet en na een tempowisseling versnelt de muziek om verder in het nummer terug te keren naar een rustiger tempo.
In "Poseidon" schotelt Syndone me weer een fantastisch instrumentaal symfonisch rock nummer voor waarbij de muziek over gaat in "Nemesis" en daarin laat Syndone me een uitstekende symfonische rock song horen, waarin heftige en zeer rustige klanken elkaar afwisselen.
Ook dit nummer loopt vlekkeloos over en de band vervolgt met "La Grande Bouffe", dat, na een rustig begin, over gaat in een song waarbij, net als in het vorige nummer, de wisselende symfonische klanken de song bepalen en ik zit dan ook met mijn oren gespitst, om maar niets van de muziek te missen.
"Eros & Thanatos" is een vrij heftige korte symfonische rock song, die lekker afwisselend klinkt en "Vento Avverso" (Adverse Wind), een heerlijk melodramatisch gezongen nummer, waarin de band eveneens het afwisselende aspect behoudt.
Dan krijg ik een kort instrumentaal nummer te horen, dat "Eaeyoepia" heet en daarin klinken zeer rustige oosters aandoende klanken, waarna de laatste song "Daimones" te horen is en hierin hoor ik de band een uitstekend stukje symfonische rock spelen met geweldige temperament volle zang, zoals alleen Italianen dat kunnen.

Syndone heeft met hun nieuwe CD "Odysséas" weer een schitterend stuk muziek afgeleverd, dat me van begin tot eind heeft weten te boeien en technisch van grote klasse is en ik kan dit nieuwe album dan ook van harte aanbevelen aan iedere symfonische rock liefhebber.


Review: Baby Guru - Marginalia (Inner Ear, 2014) (Psychedelische Pop)

Baby Guru is eind 2009 te Athene, Griekenland, opgericht door 3 vrienden, die een voorliefde hebben voor psychedelische muziek, krautrock, pop en Afrikaanse percussie, maar ook zijn ze gecharmeerd van rauwe garagerock, punk en elektro.
In 2010 trad de band, die bestaat uit: Prins Obi, King Elephant en Sir Kosmische, regelmatig in Athene op en maakte de EP's "Yogi Sister Vol.1" en "Yogi Sister vol.2", die beide gratis te downloaden waren en in maart 2011 gevolgd werd door hun debuut album "Baby Guru", dat via het Inner Ear label uit Athene verscheen en goede recensies kreeg.
Vervolgens schreven ze de soundtrack voor het theater stuk "Why I Killed My Best Friend" en maakten hun tweede album "Pieces", dat lovende recensies kreeg en in oktober 2012 door Inner Ear werd uitgebracht.
De distributie werd in Europa door het grote Rough Trade label gedaan en de band werd uitgenodigd om op Eurosonic Noorderslag en Europavox op te treden.
Anderhalf jaar na de release van "Pieces" ligt, sinds 24 maart 2014, hun nieuwe album "Marginalia" in de winkels en is verkrijgbaar als CD, Digitale uitgave en LP+bonus CD en net als op de vorige plaat speelt ook Christina als vierde onofficiële lid op het album mee.

"Marginalia" bevat 11 nummers, waarvan "Especially When" de eerste is en hierin laat de band me een lekker in het gehoor klinkende dansbare pop song horen, waarin enkele uitstekende tempowisselingen zitten, waardoor de muziek zo nu en dan lichtelijk psychedelisch wordt.(luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Daarna krijg ik "Baby You're So Weird" te horen, waarin de zang door Christina wordt gedaan en de muziek een prima mix is van pop, elektronische muziek en zestiger jaren ritmes.
Dan hoor ik "Exegesis", een in het Grieks gezongen pop song, waarin de begeleiding tot halverwege het nummer minimaal is, doordat de band alleen gebruik maakt van een akoestische gitaar, maar daarna gaat de song over in een schitterende synthesizer song met een hypnotiserend ritme.
Vervolgens krijg ik de titel song "Maginalia" voorgeschoteld en hierin laat de band me een fantastisch swingend nummer horen, waarin Afrikaanse percussie gemixt wordt met elektronische muziek, dat in een afwisselend tempo gespeeld wordt.
In "Behaviour" laat de band me een vrij rustige lekker klinkende pop song horen, waarin ook nu weer enkele uitstekende tempowisselingen zitten en in "Explain" hoor ik Baby Guru een mooie rustige pop song spelen, die lichtelijk psychedelisch klinkt.
"We Need Some Space" had in de jaren 60 gemaakt kunnen zijn, maar ook zitten er invloeden van de jaren 80 in en de band doet me in deze schitterende song denken aan de Engelse band Nirvana, die eind jaren 60 een hit had met het nummer "Rainbow Chaser".
Met "Two Days Ago" laat de band me genieten van een swingende psychedelische pop song, waarin een licht hypnotiserend ritme zit en "Turtle Hearts" laat Baby Guru me invloeden van The Beatles horen, maar ook uit de jaren 80 en opnieuw van Nirvana.
"Anticipation" is een progressief klinkende pop song met psychedelische en jaren 80 invloeden, die swingt en "Most Of The Times" is een fantastische elektro song, die gecombineerd met Afrikaanse percussie ritmes een heerlijk stukje muziek opleveren.

Ik vind de CD "Marginalia" van Baby Guru een waardige opvolger van "Pieces" en ik heb genoten van de schitterende nummers, waar het album vol mee staat en daarom vind ik deze plaat dan ook een aanrader voor iedere muziekliefhebber.




Review: Various Artists - Voodoo Rhythm Vol 4 (Voodoo Rhythm Records, 2014) (Rock)

Het Zwitserse Voodoo Rhythm Records label brengt met de regelmaat van de klok nieuwe releases uit en heeft inmiddels al 78 CD's uitgegeven, waarvan 3 verzamel CD's.
Maar ook heeft het label een eigen merchandising van onder andere: posters, T-shirts, tassen, sleutelhangers, honkbal jacks, gitaar plectrums, stikkers, enz..
"Voodoo Rhythm Vol 4" is, zoals al doet vermoeden de vierde verzamel CD van dit label en deze bevat 13 nummers van even zoveel bands.

De CD start met The Future Primitives uit Cape Town, Zuid-Afrika, waarvan ik het nummer "Into The Primitive", te horen krijg, dat een heerlijke uptempo garagerock song is en gevolgd wordt door "Good Bye Baby" van Die Zorros uit, Bern en Zurich, Zwitserland, die, in een niet al te hoog tempo, een uitstekende bluesrock song laten horen, waarin de zang behoorlijk rauw klinkt.(luister naar dit nummer via de youtube link onder de recensie)
Daarna krijg ik de uit Keulen, Duitsland, afkomstige The Juke Joints Pimps te horen, die eveneens een schitterende blues song ten gehore brengen, getiteld "King Roland's Prayer, die in een gemiddeld tempo gespeeld wordt, waarna ik Hank Haint uit Leeds, Engeland, een vrij snelle rock & roll song hoor spelen, die "Blackout" heet.
Vervolgens hoor ik The Monsters uit Bern, Zwitserland met "Blow Um Mau Mau", een muzikale mix tussen garagerock en de muziek uit de begin periode van The Cramps en deze heeft een licht hypnotiserend effect op me en klinkt dus geweldig.
Het volgende nummer heet "Six Pink Cadillac" en komt van Roy And The Devil's Motorcycle" uit Zwitserland, die me een lekkere rustige psychedelische pop song voorschotelt, waarna Becky Lee And Drunkfoot uit Tempe, Arizona, Amerika, me verrast op een heerlijke rustige pop song, "Old Fashined Man", genaamd.
The Pussywarmers uit Lugano laten me genieten van een fantastisch swingend stukje oude jazz, getiteld "La Nen La Bambele" en Heart Attack Alley uit Auckland, Nieuw Zeeland, schotelen me een heerlijke swingende uptempo bluesrock song voor, die "Too Hot Blues" heet.
Met "London Zydeco" van Mama Rosin Together With Hipbone Slim And The Kneetremblers uit Geneve, Zwitserland en Londen, Engeland, krijg ik een schitterende swingende zydeco song te horen, die swingt als een trein en gevolgd wordt door "Windy City" van Delaney Davidson uit Lyttelton, Nieuw Zeeland, een song die sterk op het nummer "Bo Diddly" van blues zanger Bo Diddly lijkt.
In "What It's All About" van The Goon Mat And Lord Benardo" uit Luik, België, hoor ik een lekker stukje Louisiana blues, dat in een gemiddeld tempo gespeeld wordt en in "Waiting For Zero" van Menic uit Boston, Amerika en Bern, Zwitserland, het laatste nummer van de CD, krijg ik een uitstekende folkpop song te horen.

Het album "Voodoo Rhythm Vol 4" is een fantastische plaat, die vol staat met schitterende muziek van diverse bands, waarvan ik voor de volle 100% genoten heb en dit album kan ik dan ook aanraden aan een ieder, die van muziek houdt.